Het is in het internetwereldje alweer een eeuwigheid geleden dat Bart De Wever op 24 januari zijn geruchtmakende opinie publiceerde in De Morgen. Maar het blijft een fijne kapstok om zaken uit te spitten. “Grenzen bakenen niet alleen onze democratie en het burgerschap af, maar ook onze impliciete solidariteit”, schrijft De Wever. Hier raakt hij een gevoelige snaar: de grens als bescherming van de welvaartsstaat tegen gevaarlijke invloeden van buiten af. Dit knoopt aan bij een diep gewortelde traditie van de Belgische arbeidersbeweging.
Al sinds de negentiende eeuw is haar strategisch doel het omzetten van explosieve sociale mobilisaties in politieke krachtsverhoudingen: het actiemiddel van de algemene staking gericht op het afdwingen van het algemeen stemrecht. Sociale vooruitgang wordt zo politiek en wettelijk verankerd in de nationale staat (sociale zekerheid, arbeidsrecht, algemeen verbindend verklaarde cao’s, ….). De staat wordt de institutionele waarborg van wat door strijd werd afgedwongen. De logische conclusie lijkt dan dat de landsgrens afbakent wie van deze waarborg kan genieten.
Grenzen onder druk
Deze grenzen staan al een tijdje onder druk. Globalisering is meer dan internationale handel en financiële stromen. De productie zelf wordt wereldwijd georganiseerd. Op een klein speeltje van Lego kan je lezen dat het in vier verschillende landen op twee continenten wordt geproduceerd… Ons lot is meer dan ooit vervlochten met de rest van de wereld. En die wereld wordt instabieler: staten die instorten, oorlogen-bij-volmacht (een soort sluipende wereldoorlog), handelsoorlogen,…
De Europese Unie zou een nieuwe grens vormen, om ons te beschermen in deze gevaarlijke wereld. Maar het blijkt een paard van Troje te zijn dat onze welvaartsstaat van binnen uit aanvalt, waartegen de grenzen van de lidstaten niet opgewassen lijken.
Een zinkend schip?
In die wereld is het een illusie te denken dat het volstaat de grenzen dicht te gooien om onze verworven welvaart te behouden. Strijd binnen de nationale grenzen is mogelijk en nodig, maar het zou niet verstandig zijn onze toekomst te koppelen aan het zinkend schip van de nationale welvaartstaat.
Pleiten voor een internationalistisch perspectief klinkt dan misschien wat hol. De wereld is groot en gevaarlijk! Dat is echter vooral zo als je mensen aan de andere kant van de grens doorheen de bril van je eigen vooroordelen bekijkt. Misschien is dat juist de bedoeling. Niet toevallig werd herhaaldelijk geprobeerd een Europese identiteit uit de grond te stampen door te werken met vijandsbeelden: eerst ‘het gele gevaar’ uit Japan, dan de Amerikaanse ‘cowboys’, nu de dumpende Chinezen en, opnieuw, de Russen,… Beter één vogel in de hand dan tien in de lucht dus?
Dit is een echte valkuil voor links, want uiteindelijk zijn alternatieven maar geloofwaardig als ze ingebed zijn in een internationaal perspectief.
Populistisch rechts heeft dat begrepen. Hun verhaal van nationale identiteit is geen terugplooi achter de nationale grenzen, maar een hefboom om de eigen bevoorrechte positie in de wereld veilig te stellen. Wil De Wever zelf niet België ontmantelen om Vlaanderen in te bedden in een versterkte Europese Unie? Zelf kijkt hij echt wel verder dan de nationale grenzen! En het is geen toeval dat de Nederlandse rechterzijde de herinnering koestert aan figuren zoals Maurits, J. P. Coen, Michiel De Ruyter en andere wereldveroveraars. Het zou bizar zijn als links hier op antwoordt met een nationale terugplooi.
Daarom raakt ook de kwestie van de vluchtelingen het hart van linkse alternatieven. We kunnen De Wever volgen waar hij grenzen en sociale rechten koppelt, maar deze koppeling moet worden omgedraaid.
Een witte chauvinistische blik
Stel dat de Belgische regering de migranten in het Maximiliaanpark in Brussel, waar het allemaal mee begonnen is, onderdak, voeding en dergelijke zou geven: zou dit een wereldwijd signaal zijn naar potentiële migranten in het Zuiden? Natuurlijk niet! Zelfs de migranten zelf in het Maximiliaanpark willen helemaal niet afhankelijk zijn van onze medemenselijkheid. Zij zijn naar Europa gekomen om werk te zoeken, een inkomen te verdienen, een leven op te bouwen, niet om te bedelen. Niemand kiest er voor te bedelen!
In vele gevallen willen zij zich hier ook niet definitief vestigen, maar het nodige geld verdienen om thuis iets op te bouwen. Dat ligt voor de hand. Zelf ben ik een Belg die nu zeven jaar in Nederland woont. Dat is best fijn, maar ook al kom ik uit hetzelfde taalgebied, toch ben ik nog steeds niet thuis in de Nederlandse leefwereld, de geschiedenis, de iconen, de gebruiken,… Ik leer nog elke dag bij. Wat moet dat zijn voor iemand die uit Centraal-Afrika of het Midden-Oosten komt? Het is gewoon onzin te doen alsof elke dag honderden miljoenen mensen in Afrika of Azië elke dag opstaan met maar één gedachte, namelijk hoe in Europa geraken.
Uit onderzoek blijkt dat het dichtgooien van de grenzen halfweg de jaren 1970 een belangrijke rol gespeeld heeft in de beslissing van vele arbeidsmigranten uit Turkije en Noord-Afrika zich hier definitief te vestigen. Terugkeren werd immers onomkeerbaar. En van de weeromstuit hebben ze hun eigen leefomgeving naar hier gebracht.
Het is bizar hoe het beeld ontstaat dat massaal jonge krachtige mensen de streek waar ze hun wortels hebben blijmoedig verlaten om hier op onze kosten te komen vegeteren. Het getuigt van een diep ingewortelde witte chauvinistische blik. Hier speelt De Wever op in met zijn provocerende suggestie dat alle Soedanezen, en bij impliciete uitbreiding ‘alle sukkelaars in de wereld’, niet liever willen dan zich vestigen in België.
Open of dicht: geen zinnig debat
We kunnen de grenzen niet open gooien, we kunnen ze evenmin sluiten. Laten we dus maar stoppen met dat debat. Een zinniger discussie is wat grenzen met ons doen. Grenzen zijn een gevangenis voor de één en een illusie van bescherming voor de ander. Wereldwijd sturen de grenzen de mondiale gesegregeerde arbeidsmarkt, met haar enorme verschillen in arbeidskosten.
Een andere wereld met andere grenzen zullen we niet bereiken door ons binnen de eigen grenzen af te schermen. Integendeel, we hebben de mensen aan de andere kant van de grens nodig. Daarom is het belangrijk hoe we naar mensen aan de andere kant van de grens kijken, onze blik te ‘dekoloniseren’: mensen die miserie ontvluchten niet zien als gelukszoekers of een last (die dan in het beste geval ‘eerlijk’ gespreid moet worden), en mensen die ginder blijven niet zien als een bedreiging of een concurrent. Al die mensen, of ze nu de grens zijn overgestoken of niet, zijn noodzakelijke bondgenoten voor een andere wereld.
Daarom is de echte koppeling tussen vluchtelingen en sociale rechten deze: wie geen bondgenootschap kan sluiten met mensen van elders op de vlucht zal ook de strijd voor sociale rechten verliezen. Internationalisme is niet alleen een diep-menselijke instelling, maar een strategische noodzaak, die begint bij de mensen die ‘onze’ grens zijn overgestoken, als vluchteling of arbeidsmigrant.
Bart De Wever wil een debat over grenzen? Wij laten onze gedachten liever gaan naar onze medemensen, of het nu vluchtelingen zijn, arbeidsmigranten of mensen die elders proberen hun leven te verbeteren.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Ander Europa.