We publiceren hieronder het uitgebreide standpunt over het zomerakkoord van de regering Michel door Hart boven Hard. Deze tekst biedt heel wat nuttige informatie en geeft hopelijk mee een aanzet tot het opnieuw op gang trekken van breed sociaal verzet tegen het beleid van sociale afbraak. (redactie SAP-Rood)

De vakantie is finaal voorbij, terug allemaal fris aan het werk? Dan wil je nu  wellicht graag weten wat het zomerakkoord van de federale regering voor jou in petto heeft. Misschien heb je het gemist omdat je op een leuk vakantieoord vertoefde. Op 26 juli raakte de regering het eens over begrotingsmaatregelen voor 2018 en, in de woorden van eerste minister Michel, “ambitieuze hervormingen voor jobs, koopkracht en sociale cohesie”.

De doelstelling “jobs, koopkracht en sociale cohesie” klinkt goed. Maakt dit akkoord die ambities waar? Biedt het een antwoord op de reële noden van de mensen? Verhoogt het de kwaliteit ons leven en van het samen-leven? Die vragen hadden we in ons achterhoofd tijdens de lectuur van het regeringsplan. En we beluisterden ook andere commentaren op dat plan.

Het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) spreekt over het zomerakkoord als “een belangrijke doorstart voor de regering Michel” en prijst “belangrijke stappen voorwaarts”. De werkgeversorganisatie is vooral enthousiast over “de ingrijpende hervorming van de vennootschapsbelasting en de verdere dynamisering van de arbeidsmarkt”(1). Met Hart boven Hard lezen we het akkoord heel anders

Net die twee ingrepen zullen bij de gewone mensen hard aankomen. De verlaging van de vennootschapsbelasting dreigt een (nog groter) gat in de staatskas te slaan. Komt er dan een nieuwe besparingsronde aan? Dat is slecht nieuws voor al wie hoopt op investeringen in onderwijs en cultuur, in sociale woningen, in ecologische projecten, in zinvol werk voor jongeren. En de beloofde jobs komen er misschien wel in aantal, maar dan enkel als je flexi-jobs en mini-jobs meetelt als echte banen. Het is ons een raadsel hoe dit regeringsrecept koopkracht en sociale cohesie kan garanderen.

Werknemers als marionetten

Dit besliste de regering op vlak van werk:

In de privésector

  1. Uitbreiding van de flexi-jobs naar de gepensioneerden naar de kleinhandel, de warenhuizen…
  2. Invoering statuut “betaalde vrijwilliger”-vergoeding van maximum 6000 euro per jaar, vrij van fiscale en sociale bijdragen
  3. Kortere opzeg bij begin tewerkstelling: van 2 weken naar 1 week in de eerste 3 maanden.
  4. Invoering nacht- en zondagsarbeid in de e-commerce
  5. Uitzendarbeid mag voortaan in alle sectoren.
  6. Voor “startersjobs” van jongeren: afbouw van de sociale bijdragen voor de werkgevers
  7. Uitbreiding van studentenarbeid in alle sectoren kunnen jongeren vanaf 16 jaar voortaan op zondag werken. Studentenarbeid kan ook in het stelsel van alternerend werken en leren.
  8. Verruiming van het begrip “passende dienstbetrekking” in de werkloosheid

In de openbare sector 

  1. Invoering uitzendarbeid in het openbaar ambt
  2. Bij aanwervingen: prioriteit aan contractuelen i.p.v. vaste benoemingen

Begin dit jaar verbrak minister van Werk Kris Peeters (CD&V) een aantal beschermende principes van het arbeidsrecht. Door zijn wet voor “werkbaar en wendbaar werk”(2) dicteren de noden van de bedrijven al in grote mate hoe wij moeten werken: uitzendcontracten van onbepaalde duur, piek- en daluurroosters, “vrijwillige” overuren. Met het zomerakkoord doet de regering daar nog een grote schep flexibiliteit bovenop.

Flexi-jobber

Flexi-jobber maakt veel kans om tot woord van het jaar te worden gekozen. De regering Michel zet immers de deur wagenwijd open voor veel meer flexi-jobs. Sinds 2015 zijn er flexi-jobs mogelijk in cafés en restaurants. Die flexibele 0-urencontracten (3) dienen om het zwart werk in de sector uit te roeien en als zoenoffer voor het invoeren van de fraudebestrijdende witte kassa, weet je nog? In de toekomst vind je die flexi-jobs ook bij bakkers en kappers én in de hele winkelsector. Ook gepensioneerden zullen op die manier kunnen bijklussen. Een cynische oplossing voor de lage wettelijke pensioenen in ons land (4).

Veel verkoopsters en schoonmaaksters met een deeltijds contract willen maar wat graag meer uren werken. Dat kunnen ze door dit akkoord vergeten, nu anderen veel goedkoper die uren kunnen invullen. Een volwaardig loon voor vrouwen, daar ligt deze regering kennelijk niet van wakker. Op het loon dat de flexi-jobbers krijgen, betalen ze geen belastingen en geen sociale bijdragen. En de werkgeversbijdrage is verlaagd tot 25 procent. Dat maakt die flexwerkers tot concurrenten van hun collega’s met een normaal arbeidscontract. Dit systeem bedreigt volwaardige banen en zorgt voor minder inkomsten in de sociale zekerheid. Dat betekent minder geld voor zieken, werklozen en gepensioneerden.

In de sector van de vrije tijd zoals sportclubs, jeugdanimatie, sociaal toerisme bestaat er al langer een grijze zone tussen vrijwillig engagement en betaalde arbeid. Door de krappe subsidiëring hebben die verenigingen vaak onvoldoende middelen om mensen aan te werven. De regering voorziet nu een nieuw statuut dat toelaat om een netto vergoeding van 6000 euro per jaar op te strijken. Op het eerste gezicht een sympathieke maatregel die toelaat om bijvoorbeeld sporttrainers of bepaalde vrijwilligers in de welzijns- of cultuursector een netto-vergoeding te geven. Die maatregel is voorbehouden voor gepensioneerden en voor wie minstens 4/5 werkt. Ze kunnen zo’n netto vergoeding krijgen voor taken in de non-profitsector en in diensten van “burger tot burger”

Maar het risico is reëel dat ook gewone banen naar dit nieuwe, goedkopere statuut zullen vervellen. Het gaat hier om zinvolle taken voor de samenleving. Zorg er dan voor dat die sectoren voldoende financiële middelen hebben om mensen volwaardig te werk te stellen. Hetzelfde regime zou trouwens ook gelden voor commerciële digitale platforms, door de regering eufemistisch “deeleconomie” genoemd. Applaus bij de eigenaars van Uber, PeoplePerHour, Deliveroo en noem maar op. En pech voor de rechten van de schijnzelfstandigen die voor hen werken. Maar even goed pech voor de werknemer die dat soort werk wil doen met een normaal contract.

Willen we dat nacht- en zondagsarbeid in de e-commerce zomaar ingevoerd kan worden zonder goede collectieve afspraken over loon, gezondheid, arbeidstijden? Een afspraak met één vakbond is genoeg, zegt de regering. Die maatregel zou duizenden banen opleveren, maar dat is in de praktijk erg twijfelachtig. Wat in elk geval wel vaststaat, is dat nachtarbeid fysieke en mentale gezondheidsproblemen veroorzaakt. Moet dat bestelde pakje echt de volgende morgen op de stoep liggen? Vergeten we dat daar onzichtbare arbeid achter zit? En willen we nog meer bestelwagens op de weg?

Jobs, jobs, jobs? Ja, meer jobs, daar zijn we voor. Maar niet als het gaat om laagwaardige mini-jobs zonder fiscale en sociale bijdragen, die de toekomst van werkende mensen hypothekeren. Heel wat jongeren zullen hun toekomst moeten bouwen op interims, mini-jobs, nachtwerk, of ze zullen de fiets op moeten om pakjes of pizza’s te bezorgen. Jonge mensen verdienen beter dan jarenlang te surfen tussen hoop en teleurstelling of te kreunen onder de werkdruk. Is de regering op studiereis geweest in Duitsland en Nederland?

Onderzoek wijst uit dat de armoede toeneemt in die flexlanden (5). De voortdurende onzekerheid, het combineren van verschillende baantjes en het eeuwige georganiseer zijn nadelig voor de fysieke en mentale gezondheid van flexwerkers (6). De stress vernevelt zich over de huisgenoten en vergiftigt het sociaal leven. De roep naar werkbaar werk is groot, ook bij ons. Eén op de twee werknemers vindt zijn/haar baan niet werkbaar en voor één op drie is de werkdruk onhoudbaar (7).

Onderzoek wijst uit dat de tijdsdruk in de jonge gezinnen toeneemt en dat vooral vrouwen daar last van ondervinden (8). In een welvarende samenleving mag je toch verwachten dat er naast betaalde arbeid nog voldoende vrije tijd is om kwaliteitsvol samen te leven. Haast 400.000 werkende mensen zijn langer dan een jaar ziek en het aantal langdurig zieke dertigers is de voorbije vijf jaar verdubbeld (9). Geen nood, het zomerakkoord voorziet een burn-out-coach in elk bedrijf met meer dan 100 werknemers. En val je toch langdurig ziek, dan zit minister De Block je achter de veren om snel weer aan de slag te gaan.

 De regering mikt op een besparing van 40 miljoen euro door re-integratie van langdurig zieken en invaliden. Eens te meer worden elementaire menselijke waarden geslachtofferd op het altaar van de winsteconomie. Dat is niet normaal.

Ambtenarenstatuut in de prullenmand

In de openbare diensten wordt een vaste benoeming de uitzondering in plaats van de regel. Vanuit liberale hoek wordt al lang verkondigd dat de vaste benoeming van ambtenaren achterhaald en overbodig is, behalve voor een aantal gezags- en veiligheidsfuncties.

Daarom willen we toch even het waarom van het ambtenarenstatuut in herinnering brengen. In 1831 werd de vaste benoeming van ambtenaren ingeschreven in de Belgische Grondwet, omdat men vanuit democratisch oogpunt vond dat ambtenaren moesten worden beschermd tegen mogelijke willekeur van politici.

Dat argument is vandaag nog steeds actueel. Ambtenaren moeten in alle sereniteit ten dienste staan van de “publieke zaak”, niet gehinderd door lobbywerk, druk of willekeur vanuit politieke, economische of financiële machten. Willen we vriendjespolitiek in het toekennen van bouwvergunningen of laksheid op vlak van belastinginspectie? Of vinden we het oké dat onze persoonsgegevens in handen komen van steeds wisselende werknemers die er misschien niet altijd even professioneel mee kunnen omgaan?

Daarnaast biedt een stabiel personeelsstatuut ook meer kans om een duurzame, kwalitatieve dienstverlening aan de burgers te verzekeren. Denken we maar aan het pedagogisch project op een school, de ruimtelijke ordening in een gemeente, de begeleiding van kwetsbare mensen door het OCMW en zoveel andere diensten. Als burger wil je toch liever geholpen worden door iemand met ervaring en vertrouwdheid met jouw persoonlijke situatie, of voldoende perspectief om dat als jongere op te bouwen? Nee, voortaan mogen ook alle openbare diensten beroep doen op uitzendarbeid

Wanneer overheidsbanen aan kwaliteit inboeten of verdwijnen, dreigt dat een negatieve spiraal op gang te brengen. Zolang er betere statuten bestaan, is het voor CEO’s moeilijker om in de privésector druk te zetten op werknemersrechten. Afschaffing van het ambtenarenstatuut dreigt bovendien de vermarkting en privatisering van de openbare diensten in een stroomversnelling te brengen (10). Het zomerakkoord was nog maar net aan de pers voorgesteld of vicepremier De Croo (Open VLD) liet al een proefballonnetje op om de NMBS gedeeltelijk te privatiseren. Dan verliezen we allemaal, spoorwegpersoneel én reizigers.

Dat zijn nog niet alle maatregelen. Jongeren vanaf 16 jaar mogen voortaan ook op zondag werken. De eerste maanden van je contract kan je sneller en dus goedkoper worden ontslagen. In de eerste drie maanden bedraagt de opzeg maar één week in plaats van de huidige twee weken. Alle sectoren, privé en openbaar,  zullen in de toekomst beroep kunnen doen op uitzendkrachten. De lijst van sociale afbraak is lang. ‘Sociale cohesie’ is toch echt iets anders dan opgedreven onderlinge concurrentie tussen inidividuen op zoek naar werk?

Ben je werkloos? Eigen schuld!

“Iedereen is toch vrij om de geboden arbeidsvoorwaarden al dan niet te aanvaarden”, klinkt het in regeringshoek. Wie dat zegt, vergeet de realiteit van de werkloosheid. Officieel telt België 390.000 werklozen, maar volgens Eurostat (11) moeten we daar nog 295.000 werkzoekenden bijtellen die niet in de statistieken voorkomen. We beschreven hier boven al het probleem van ondertewerkstelling bij verkoopsters, schoonmaaksters, verzorgenden met een deeltijds contract.

In ons land zijn er 162.000 deeltijdsen die meer uren willen werken. Die realiteit lees je niet in de statistieken. Schoolverlaters en werklozen die werden uitgesloten, zitten ook niet in de officiële cijfers. Evenmin asielzoekers die niet de juiste documenten hebben om hier te kunnen werken . Als iedereen langer aan de slag blijft en ook de gepensioneerden gaan bijklussen, wordt het drummen voor een job, zeker voor minder geschoolden. Veel concurrentie op de arbeidsmarkt houdt de lonen laag en geeft de bedrijven vrij spel om werklozen en werknemers tegen elkaar uit te spelen.

Daarnaast verhoogt de regering de druk op de werkzoekenden. De controle op hun gezinssituatie wordt nog verscherpt en er volgen zwaardere sancties bij fraude. Dat zal volgens de regering meer dan 50 miljoen euro opleveren. De tewerkstellingsdiensten moeten een ruimere definitie van het begrip “passende dienstbetrekking” hanteren. Werkzoekenden kunnen niet langer inroepen dat een werkaanbod niet overeenkomt met het beroep dat ze voordien uitoefenden, als ze voor dat werkaanbod de nodige competenties hebben. Het lijkt er sterk op dat deze maatregelen vooral de bedoeling hebben om werklozen in een slecht daglicht te plaatsen, alsof ze onvoldoende werkwillig zouden zijn.

Marie-Kristine Van Bockestal, topvrouw van FOREM (Waalse VDAB) is boos omdat de regering werklozen systematisch met de vinger wijst: “Werklozen vragen niet liever dan kansen te krijgen die buiten de limieten van hun diploma vallen” (12). “Wanneer iemand geen diploma heeft, zoeken onze consulenten al lang naar stukken levenservaring of andere competenties die te vertalen zijn in beroepservaring. Ik ben verbaasd dat dit element nu zou worden gebruikt om werkzoekenden te straffen. Werklozen vragen niet liever dan kansen te krijgen die buiten de limieten van hun diploma vallen.”

Bij de oprichting van Hart boven Hard als brede burgerbeweging formuleerden we zo onze hartenwens over recht op tijd en werkbaar werk voor iedereen:

“Bijna allemaal kennen we het gevoel dat we van hot naar her hollen. We snakken naar meer tijd voor onszelf, voor ons gezin, voor (mantel)zorg. Maar op het werk tikt de productieklok steeds sneller. Stress en burn-out zijn dé ziekte van onze tijd. Dat is geen individueel gebrek, maar een systeemfout. Er is werk aan de prestatiemaatschappij zélf.

Herverdelen van arbeid en inkomen blijft de uitdaging. Hoe iedereen meer ademruimte gunnen, zonder dat we op het einde van de maand stikken in rekeningen die we niet meer kunnen betalen? Met tijdskrediet of een kortere werkweek met loonbehoud kunnen we de werkdruk verminderen en meer mensen tewerkstellen. Dat biedt mannen meer zorgkansen en vrouwen meer perspectief in hun loopbaan. Het maakt tijd vrij om bewuste, actieve burgers te zijn. Zo wordt minder werken geen stille sociale afbraak, maar een broodnodige gezondheidskuur voor een samenleving die zichzelf al te zeer uitput.”

Er is wel een alternatief!

Leg deze wens naast het zomerakkoord en je ziet dat de regering Michel resoluut de tegenovergestelde weg inslaat, ondanks de mooie belofte van “jobs, koopkracht en sociale cohesie”. En nee, de uberisering van ons werk en ons leven is geen natuurwet, maar een politieke keuze. Er is wél een alternatief!

Het zomerakkoord vergroot de ongelijkheid

“De staatsschuld verlagen en een begroting in evenwicht”, die mantra klinkt je vast bekend in de oren. Om dat doel te realiseren neemt de regering steevast haar toevlucht tot besparingsoperaties die de bevolking treffen. Maar tegelijk deelt ze cadeaus uit aan de bedrijven, waar geen inkomsten tegenover staan. Hoe wordt dan het fameuze gat in de begroting gedicht? Krijgen we eindelijk een “rijkentaks” die de 1% supervermogenden doet bijdragen voor de maatschappelijke noden, net zoals de gewone mensen dat doen? En komt er eindelijk een systeem dat grote bedrijven niet laat wegkomen met een belasting van zero euro?

Dit besliste de regering op het vlak van (on)gelijkheid:

  1. Taks van 0,15 procent op effectenrekening van meer dan 500.000 euro per persoon
  2. Verlaging vennootschapsbelasting: naar 25 procent naar 20 procent op de eerste 100.000 euro winst in KMO’s
  3. Geen financiering voor gat van 4,5 miljard euro door de taksshift
  4. Lichte verhoging van sociale uitkeringen, maar nog onder armoedegrens
  5. 30 procent van de loonmassa mag voortaan als winstparticipatie worden uitgekeerd, met beperkte sociale en fiscale bijdragen
  6. Bruggepensioneerden (SWT) en werkloze 50-plussers krijgen minder pensioen
  7. Minimumpensioen verhoogt met 0,7 procent, enkel voor wie een volledige loopbaan heeft van 45 jaar
  8. Vrij aanvullend pensioen, met dezelfde fiscale voordelen als een collectief pensioenplan

Minibelasting voor grote vermogens

Er komt een jaarlijkse heffing van 0,15 procent op effectenrekeningen (aandelen, obligaties, fondsen), of toch als het gemiddeld uitstaande bedrag meer dan 500.000 euro per persoon bedraagt. Een koppel betaalt die taks dus pas op een vermogen van meer dan een miljoen. Bezit je 1.000.001 euro, dan betaal je daarop 750 euro taks. Kranten schreven over het historische feit van een vermogensbelasting, maar experts geven te kennen dat het een maat voor niets zou zijn. Professor Maus spreekt over “een homeopathische belasting die op vlak van fiscale rechtvaardigheid niet veel zal voorstellen” (13).

Wie zo rijk is, kan die taks makkelijk ontwijken. Beleggersfora delen al volop tips, onder meer de raad om het patrimonium in een holding onder te brengen of effectenrekeningen over verschillende banken te spreiden. Aangezien er in ons land geen vermogenskadaster bestaat, heeft de fiscus geen instrument om te controleren of de vermogende belastingplichtigen de som maken van hun verschillende effectenrekeningen en dat eerlijk aan de fiscus melden. Een vermogensbelasting zonder kadaster is een lachertje. En zo’n kadaster komt er zeker niet, als het van de minister van financiën Van Overtveld (N-VA) afhangt (14).

De nieuwe maatregel zal dus nauwelijks inkomsten voor de staatskas opleveren. Zand in de ogen dus, net als bij de Kaaimantaks op trusts en andere internationale financiële constructies. Wie al hoopte op extra’s voor de kleine pensioenen of voor sociale woningen, te financieren met de opbrengst van de “vermogensbelasting”, zal de dromen nog even moeten opbergen. De nieuwe heffing heeft alle schijn van een schijnvertoning.

Bedrijven betalen minder belastingen

Hoe zit het met de belastingen die de bedrijven (zouden) moeten betalen op de winst? Belgische vennootschappen hebben 221 miljard euro uitstaan in belastingparadijzen (15). Daar valt dus wel iets te rapen, zou je denken.

Hoe zal de regering dat doen? Ze verláágt de vennootschapsbelasting. De huidige (theoretische) aanslagvoet van 33,99 procent zakt naar 25 procent. En de KMO’s hoeven op hun eerste 100.000 euro winst slechts 20 procent te betalen. De Vlaamse werkgeversorganisaties juichen. Voka schrijft: “De hervorming van de vennootschapsbelasting is een historische mijlpaal in het afbouwen van de torenhoge lasten voor bedrijven” (16). En Unizo klopt zich op de borst met het mooie resultaat van hun jarenlange lobbywerk (17). De regering beweert dat die operatie budgetneutraal zal zijn, maar ze kan daar geen enkel bewijs voor op tafel leggen.

 

Wanneer een journalist aan de minister van financiën vraagt of hij met de hand op het hart kan zeggen dat het budgetneutraal zal zijn antwoordt hij: “Nee, want het gaat om een raming. Er zijn 34 maatregelen om de verlaging van de vennootschapsbelasting te financieren. Maar ik kan niet voorspellen dat elk van die maatregelen zal opbrengen wat we ervan verwachten. Niemand kan dat” (18). De minister spuit mist over de compenserende inkomsten, maar één zaak is zeker: de sociale zekerheid en andere sociale uitgaven komen nog meer onder druk.

Toegegeven, de notionele intrestaftrek ten gunste van bedrijven met veel eigen vermogen wordt lichtjes afgebouwd en een aantal aftrekposten worden afgeschaft. Daardoor zullen grote bedrijven met een winst van meer dan 1 miljoen euro wellicht minstens 7,5 procent belastingen moeten betalen op de winst die ze in ons land optekenen. We zullen met veel interesse opvolgen of AB Inbev, Exxonmobil, Groep Brussel Lambert en andere grote bedrijven eindelijk een beetje belastingen zullen betalen. Maar het goedkope tarief voor KMO’s zal ongetwijfeld aanleiding geven tot geknutsel van kunstmatige fiscale constructies en afsplitsing van bedrijfsactiviteiten.

Bovendien kunnen bedrijvengroepen vanaf 2020 de winsten en verliezen van hun dochterondernemingen samenvoegen en belasting betalen op die samengevoegde winst. In de praktijk is dat een extra belastingverlaging. Het valt te vrezen dat die belastingverlagingen juist voor minder inkomsten in de staatskas zullen zorgen. En dus is de kans groot dat er een nieuwe besparingsronde volgt op pensioenen, gezondheidszorg, onderwijs, cultuur, openbare diensten. Meer gelijkheid dient zich nog niet aan, wel integendeel.

Bovendien zit er nog een andere venijnige adder onder het gras. De Nationale Bank van België berekende dat de fameuze taksshift nog maar voor de helft is gefinancierd, voornamelijk door verhoging van BTW en accijnzen. Voor de andere helft moet de regering nog op zoek naar 4,5 miljard euro (19). Als ze dat wil bijeenharken door nieuwe accijnzen en turtelachtige taksen, zullen weer de gewone mensen dat voelen in hun portemonnee. Dat komt dan bovenop andere maatregelen die vooral mensen met een bescheiden inkomen hard treffen, zoals de verhoging van de huurwaarborg van twee naar drie maanden, een indexsprong op de kinderbijslag en het on hold zetten van wijkgezondheidscentra.

Eerlijke belastingen is al lang een wens van heel veel burgers in dit land. Zo verwoordt Hart boven Hard het in de hartenwensen:

“De belastingtarieven voor de meeste loontrekkenden zijn zo hoog omdat de tarieven op bedrijfswinsten en op vermogensinkomens zo laag zijn. Pleidooien van werkgeversorganisaties voor een lastenverlaging gaan de kloof tussen rijk en arm nog verder doen groeien en onze sociale welvaart verder afbouwen. Als het beleid iedereen correct belast, zijn de besparingen op waardevolle gemeenschapsinitiatieven helemaal niet nodig. Dan hebben we zelfs extra geld voor grote noden, zoals meer scholen, ouderen- en kinderzorg, sociale woningen, milieuvriendelijke gebouwen…”

Het bilan is snel gemaakt: herverdeling van rijkdom staat niet op de agenda van deze regering.

Sociale uitkeringen niet boven armoedegrens

Toen de regering Michel drie jaar geleden aantrad, beloofde ze dat ze de sociale uitkeringen in drie fasen zou optrekken tot de Europese armoedegrens van 2016, met name 1.115 euro. Zal dan toch één van onze hartenwensen in vervulling gaan? Het zomerakkoord voorziet een eerste schijf van 100 miljoen euro in 2018. Die 100 miljoen euro is ruim onvoldoende, als je weet dat de regering bij de begrotingsopmaak voor 2017 de welvaartsenveloppe voor de sociale minima met 25 procent inkromp. Dat kwam neer op een besparing van 160 miljoen euro. Er blijft dus nog een put van 60 miljoen (20). De tweede schijf van 120 miljoen euro en derde schijf van 150 miljoen euro staan op de planning voor 2020 en 2022. Dus na de verkiezingen van 2019! Makkelijk plannen maken voor een volgende bewindsploeg.

Bovendien is de kans groot dat de Europese armoedegrens tegen 2022 heel wat meer bedraagt dan 1.115 euro. Het akkoord voorziet ook geen verhoging van de uitkeringen bij werkloosheid en ziekte. Too little, too late, dus. Het weinige dat de regering met de ene hand geeft aan mensen in armoede, dreigt ze met de andere terug te nemen. Staatssecretaris Zuhal Demir werkt namelijk aan een berekeningswijze waarbij het bedrag van de armoedegrens zou worden verminderd met de sociale voordelen die iemand krijgt, bijvoorbeeld een verwarmingstoeslag. Het Netwerk tegen Armoede reageerde al ontgoocheld op de gebroken belofte van de regering (21).

Terechte ontgoocheling bij mensen die moeten leven van een uitkering, maar ook voor lonen en pensioenen kunnen we geen feestje bouwen. De loonnormwet voorzag een kleine marge voor eventuele loonsverhoging in 2017-2018: maximum 1,1 procent. Meer mocht het niet zijn, gezien de neerwaartse concurrentielogica die ook in de buurlanden wordt gehanteerd. Dat maximum werd lang niet in alle sectoren behaald. Bovendien hebben we een blijvend loonverlies van 2 procent door de indexsprong. De teller staat dus nog altijd negatief. Wat betekent een betere concurrentiepositie van een land als die zijn burgers juist veel kwetsbaarder maakt?

Winstparticipatie in de plaats van echt loon

Voor een welbepaalde vorm van loonsverhoging rolt de regering wel de rode loper uit: ze maakt het aantrekkelijker voor de bedrijven om winst uit te delen aan het personeel. Op die winstparticipatie betaalt de werkgever geen sociale bijdragen en de belasting bedraagt slechts 7 procent. Ineens geldt de loonnorm niet meer. Als alle werknemers van het bedrijf een participatie krijgen, hoeft er zelfs geen akkoord met de vakbond over gesloten te worden. Tot 30 procent van de loonmassa mag op die manier worden uitgekeerd. Dat klinkt misschien aantrekkelijk, maar de gevolgen zijn minder prettig. Het loongedeelte waar nog collectief over onderhandeld kan worden en dat dus als recht door de werknemer kan worden opgeëist, krimpt. De aandeelhouders beslissen eenzijdig of de werknemers mogen delen in de winst die ze nota bene zelf hebben geproduceerd.

Er komt zo steeds minder belastinggeld binnen en de sociale zekerheid begint aan bloedarmoede te lijden. Bovendien vergroten zulke systemen van variabele beloning de ongelijkheid binnen de werkende bevolking. Wie zal een winstparticipatie uitbetalen aan de kleuterjuf, de politieagent, de bejaardenverzorgster of de Deliveroo-koerier? Ook de loonkloof tussen vrouwen en mannen dreigt nu veeleer te vergroten dan af te nemen. Onderzoek toont aan dat veel meer mannen dan vrouwen genieten van variabele loonsystemen, bonussen en extralegale voordelen.

De aanwerving van jonge werknemers tussen 18 en 21 jaar wordt voor de werkgever goedkoper en de jongeren behouden het nettoloon. Ze merken niet onmiddellijk het verschil in hun portemonnee, maar wel op termijn wanneer ze werkloos of ziek worden. Dit zomerakkoord grossiert in allerlei maatregelen die de financiering van de sociale zekerheid aantasten. En laat nu net de sociale zekerheid een gelijkmakend effect hebben. Wie dat monument van verzekering en solidariteit onderuit haalt, creëert onzekerheid en meer ongelijkheid. Meer en meer beschouwt de regering de sociale zekerheid niet langer als een recht op vervangingsinkomen, maar enkel als een minimale bescherming tegen armoede.

Snijden in de pensioenen

België heeft lage werknemerspensioenen. Toch wil de regering er nog verder in snijden. De jaren van brugpensioen zullen voor de pensioenberekening niet langer meetellen aan het laatste loon, maar aan een minimumloon. Dat kan oplopen tot een pensioenverlies van meer dan 150 euro per maand. Werknemers ouder dan vijftig jaar die langer dan één jaar zoeken naar werk, zullen ook de nieuwe negatieve berekening ondergaan. Voor wie jonger is dan vijftig, was dat al eerder het geval.

Met die maatregel haalt de regering 20 miljoen euro uit de zakken van de gepensioneerden. Zo word je dubbel gestraft: één keer op het moment van ontslag en één keer, tientallen jaren later, als je op pensioen bent. “Mensen bestraffen door lage pensioenen nog te verlagen is het nieuwe normaal voor onze regering”, reageren de vakbonden boos (22).

De regering pakt uit met de mededeling: “Het minimumpensioen wordt verhoogd met 0,7 procent”. Wat is het geval? In het kader van de taksshift verhoogde de regering de btw en de accijnzen. De werkenden krijgen hiervoor een kleine compensatie via de personenbelasting. Dat is niet het geval voor mensen met een uitkering, zoals de gepensioneerden. Voor hen beloofde de regering een “sociale correctie”. Ze blijkt evenwel alleen van toepassing te zijn voor gepensioneerden met een minimumpensioen en met een volledige loopbaan van 45 jaar. Aan die criteria beantwoorden slechts 13,3 procent van de gepensioneerden: 15,26 procent van de mannelijke gepensioneerden en 11,1 procent van de vrouwelijke. Zelfs voor de troostprijzen vallen vrouwen uit de boot.

Wie tijdens de loopbaan een goed loon heeft, kan aan de werkgever vragen om loon in te houden voor de financiering van een vrij aanvullend pensioen, met dezelfde fiscale voordelen als een collectief pensioenplan. De politieke keuzes zijn duidelijk: weg met de solidaire stelsels, leve de zelfredzaamheid en de winsten van de verzekeringsmaatschappijen. Dat vindt Hart boven Hard niet normaal.

Samengevat

Ons besluit is duidelijk: dit regeringsplan staat haaks op onze hartenwensen en op de reële noden van gewone mensen. Het schept onzekerheid en ongelijkheid.

Dit beleidsplan ontziet de grote vermogens en schuift de rekening door naar de grote meerderheid van de bevolking. Het geeft nog maar eens grote cadeaus aan de bedrijven zonder dat er inkomsten voor de staat tegenover staan. En het begrotingsgat, veroorzaakt door de taksshift, blijft open staan. Het gevolg laat zich raden: een nieuwe besparingsronde. “Een rijke samenleving herken je aan de kwaliteit van haar zorg, onderwijs, cultuur, mobiliteit, sport, …”, schrijft Hart boven Hard in de hartenwensen. Met een gat in de begroting komt dat zwaar onder druk. Ook wie hoopte op meer gelijkheid door eerlijke belastingen, goede jobs voor jongeren, leefbare sociale uitkeringen of betere pensioenen, komt van een kale reis thuis.

Bijzonder zorgwekkend is het systematisch ondergraven van de sociale zekerheid. Een hele rist maatregelen in dit zomerakkoord verminderen structureel de inkomsten voor de sociale zekerheid. Twee kwalijke gevolgen dienen zich aan. Wanneer de sociale zekerheid bepaalde uitkeringen niet langer garandeert staan privé verzekeraars klaar om over te nemen. Dan is het de logica van de winst die de voorwaarden bepaalt en niet de rechten van de werkloze, de zieke en de gepensioneerde. En voor wie niet de financiële middelen heeft om zich extra privé te verzekeren, dreigt de bestaansonzekerheid.

Op het vlak van werk en levenskwaliteit oogt het plaatje niet mooier. De regering versnippert de arbeidsmarkt en maakt brandhout van werknemersrechten. Het lijstje is moordend: opgedraaide flexibiliteit, zieken activeren, werken tot 67 jaar, gepensioneerden laten bijklussen en sociale bescherming in de prullenmand. Dat giftige recept zal de zorgwekkende burn-out-epidemie niet stoppen. Integendeel

Deze politieke keuzes vinden wij écht niet normaal! Dat roept om verzet.

Investeren in zorg voor elkaar en zorg voor de planeet

Hart boven Hart wil fundamenteel andere keuzes. Vanop de langste tafel op 7 mei klonk het zo uit honderd megafoons: “Zorgzaam voor elkaar. Zorgzaam voor de planeet. Voor korter werken voor hetzelfde loon. Voor alle uitkeringen boven de armoedegrens. Voor investeringen in cultuur, onderwijs, verenigingen. Voor meer controle en bestraffing van racisme. Voor hernieuwbare energie, zonder olieverslaving. Voor een serieuze belasting op het grote geld. Voor internationale solidariteit. Voor een toekomst van ons allemaal…”

Daar werken we aan in drie strijdperken. De thema’s zijn: diversiteit, werk en tijd, meer gelijkheid. Je bent van harte welkom om mee te werken met één van deze groepen.

De volgende weken en maanden nodigen we jou en je vereniging uit om die andere, nieuwe samenleving concreet in te vullen. Jullie ideeën vernemen we graag tijdens één van de vele gespreksrondes, met als uitgangsvragen: “Wat is voor jou normaal?” en “Voor welke concrete maatschappelijke verandering wil jij je engageren?”. Op basis daarvan wil Hart boven Hard dit najaar een breed gedragen verklaring lanceren: een boodschap aan de politieke wereld én een uitdaging voor onszelf en alle sociale bewegingen.

Voor een solidaire samenleving kan je stemmen, maar ze zal er maar komen als we er samen voor strijden, als we er samen aan bouwen.

Noten:

1) http://www.vbo-feb.be/actiedomeinen/overheid–beleid/begroting/belangrijke-doorstart-regering-michel_2017-26-07/

2) Wet Werkbaar en Wendbaar Werk, 5 maart 2017

3) Flexi-jobs in de horeca zijn in feite 0-urencontracten. Je hebt een raamovereenkomst en de werkgever kan je oproepen wanneer het druk is in de zaak. Om zo’n flexi-job te kunnen uitoefenen moet je drie kwartalen geleden minstens 4/5 voor een andere baas hebben gewerkt en je mag niet meer dan 4/5 werken voor de zaak waar je de flexi-job uitoefent

4) In ons land heeft één gepensioneerde op vijf een inkomen onder de armoedegrens.

5) In Duitsland is het aantal werkende armen sinds 2004 verdubbeld: Arm trotz Arbeit, Studie van de Hans Boeckler Stiftung, 06/07/2017: https://www.boeckler.de/106575_109897.htm.

In Nederland werken 2,5 miljoen mensen als uitzend- of oproepkracht. Ook het aantal zelfstandigen zonder personeel (zzp-ers) is er de laatste jaren hard gegroeid. Eén op de acht zelfstandigen heeft een inkomen onder de armoedegrens. Door het activerend arbeidsmarktbeleid moesten uitkeringsgerechtigden aan de slag. Maar meer dan de helft van hen komt niet uit de armoede. Van bijna 60 % van de kinderen die onder de armoedegrens leven, heeft één of zelfs beide ouders werk. Werk is dus geen garantie om niet arm te zijn. Bron: SER-advies over kinderen en armoede, 17/03/2017: http://www.ser.nl/nl/publicaties/adviezen/2010-2019/2017/opgroeien-zonder-armoede.aspx.

6) Christophe Vanroelen, Precair werk, ongezond werk?, 12 mei 2017 https://www.denktankminerva.be/analyse/2017/5/11/precair-werk-ongezond-werk,

7) Werkbaarheidsmonitor 2016 van de Sociaaleconomische Raad van Vlaanderen (SERV): http://www.serv.be/stichting/publicatie/vlaamse-werkbaarheidsmonitor-2016-werknemers

8) Ilse Laurijssen en Ignace Glorieux, Tijdsdruk en de combinatie van arbeid en gezin, 2010:

http://www.informatieportaalssl.be/archiefloopbanen/publi_upload/OD2_2010_21vLaurijssenArbeidgezin.pdf

9) https://www.beswic.be/nl/blog/meer-langdurig-zieke-dertigers-wegens-stress-en-burn-out

10) Een privébedrijf is pas geïnteresseerd in overname van een publiek bedrijf of dienst wanneer er weinig of geen statutaire ambtenaren werken.

11)https://www.eurofound.europa.eu/sites/default/files/ef_publication/field_ef_document/ef1711en.pdf

12) http://www.lecho.be/economie-politique/belgique-wallonie/Qu-a-t-on-mal-fait-Marie-Kristine-Vanbockestal-Forem/9921584?ckc=1&ts=1503417525

13) http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/politiek/1.3032889

14) Pieter Blomme en Martin Buxant, ‘Geen enkele CEO heeft mij al uitgelachen’, De Tijd, 26 augustus 2017, p.10.

15) http://www.knack.be/nieuws/belgie/ongeveer-221-miljard-versluisd-van-belgie-naar-belastingparadijzen-in-2016/article-normal-887943.html

16) https://www.voka.be/nieuws/reactie-voka-op-het-federale-zomerakkoord-regering-neemt-belangrijke-stappen-voor-een

17) https://www.unizo.be/zomerakkoord-federale-regering-wat-betekent-het-voor-zelfstandigen-en-kmos

18) Pieter Blomme en Martin Buxant, ‘Geen enkele CEO heeft mij al uitgelachen’, De Tijd, 26 augustus 2017, p.10.

19) https://www.nbb.be/doc/ts/publications/other/ds1707320nl.pdf

20) http://www.decenniumdoelen.be/triest-triest-triest/

21) http://www.netwerktegenarmoede.be/nieuws/mensen-in-armoede-gaan-eerder-op-achteruit-dan-vooruit-door-zomerakkoord-regering-michel

22) https://www.acv-online.be/Images/170723-Pensioenminister-Bacquelaine-snijdt-nog-dieper-in-onze-pensioenen-tcm183-414392.pdf