100 Jaar Optimisme en Revolutionaire Wil

Honderd jaar geleden werd Ernest Mandel geboren. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hij een actief antifascist, net zo goed als een overtuigd antikapitalist en antistalinist. Tijdens zijn leven ontpopte hij zich tot een spraakmakend intellectueel en spreekbuis van het marxisme in het algemeen en van de Vierde Internationale in het bijzonder. Boeken zoals De economische theorie van het marxisme, Inleiding tot het marxisme, Het laatkapitalisme en De lange golven van de kapitalistische ontwikkeling vestigden zijn naam en faam tot ver buiten de landsgrenzen. Het was voor de Vierde Internationale, maar ook voor haar Belgische afdeling, dan ook een groot verlies toen Ernest Mandel in 1995 veel te vroeg overleed.

Interview

De honderdste verjaardag van Ernest Mandels geboorte kon dan ook niet onopgemerkt voorbij gaan. Om zijn gedachtegoed te eren en opnieuw naar voor te brengen, werden op verschillende plaatsen in binnen- en buitenland dan ook activiteiten georganiseerd. Op zaterdag 16 december 2023 was dat ook het geval in Antwerpen. Daar organiseerden SAP – Antikapitalisten en het Ernest Mandel Fonds een succesvolle conferentie, met onder meer een vertoning van Frans Buyens’ film uit 1972 Een Mens Genaamd Ernest Mandel. Die film is eigenlijk een groot interview met Ernest Mandel.

Mandels rol in de Belgische arbeidersbeweging

In een inleidende toelichting stelde Peter Veltmans dat kwatongen misschien zouden willen beweren dat Ernest Mandel zichzelf graag in the picture zette. Het tegendeel is echter waar, want eigenlijk is Mandel, ook in dit interview, veel te bescheiden. Zo rept hij er met geen woord over dat hij toch wel een belangrijke rol heeft gespeeld in de geschiedenis van de Belgische arbeidersbeweging. Die rol kwam tot uiting bij zijn toonaangevende medewerking aan twee belangrijke congressen van de socialistische vakbond, het ABVV, respectievelijk in 1956 en 1958. Mandel kon dat doen in nauwe samenwerking met de beroemde vakbondsleider André Renard. In 1956 analyseerde het ABVV-congres zo de dreigende teloorgang van de Belgische industrie. Dat leidde tot het document Holdings en Economische Democratie. In 1958 werd dit opgevolgd met resoluties onder de titel Federalisme en Structuurhervormingen. Vooral in dat laatste document is de invloed van Ernest Mandel erg duidelijk. De oproep te komen tot structuurhervormingen was eigenlijk  niets anders dan een concrete toepassing van de revolutionaire strategie der overgangseisen.

Rond de nood aan ingrijpende structuurhervormingen werd door het ABVV een intense campagne gevoerd in eigen rangen. Tienduizenden militanten werden zo gemotiveerd en voorbereid op de grote krachtmeting, die er in 1960 ook zou komen. Het verzet tegen de toenmalige ‘Eenheidswet’ (een vorm van soberheidspolitiek) mondde toen uit in de legendarische ‘Staking van de Eeuw’, in de winter van 1960-1961. Volgens Peter Veltmans kunnen we Mandels nagedachtenis dan ook het best eren door vandaag opnieuw concrete overgangseisen te bepleiten tegenover de heersende wanorde van het kapitalisme, bijvoorbeeld door onder andere te ijveren voor een antikapitalistische crisisbelasting op de 10% rijkste inwoners van België.

Internationalisme

Ernest Mandel was dan ook vooral een actief militant. In Frans Buyens film wordt aangetoond dat Ernest als internationalist betrokken was bij vele strijdbewegingen die zich voordeden in de woelige naoorlogse periode. Zo  adviseerde hij onder meer Ernesto ‘Che’ Guevara over de omvorming van de Cubaanse economie. Tijdens ‘Mei 1968’ stond hij dan weer mee op de barricaden in Parijs, waar hij opriep tot eenheid tussen arbeiders en studenten, tot solidariteit met de Vietnamese revolutie en tot steun aan de bevrijdingsbewegingen in de Derde Wereld. In de daarop volgende jaren werd hem omwille van de impact van zijn revolutionaire opvattingen de toegang ontzegt tot Australië, de VS,  Frankrijk, Zwitserland en West-Duitsland (in de Oost-Duitse DDR mocht hij sowieso niet binnen).

Ongebreideld optimisme

Vanuit zijn militante inzet ontwikkelde Ernest Mandel een ongebreideld optimisme: dat van de revolutionaire wil. Toen op het einde van de jaren 1980 de zogenaamde ‘Oostblok-regimes’ een voor een roemloos ten onder gingen, trachtte hij dit proces te beïnvloeden, in de hoop te komen tot de vestiging van authentieke, socialistische democratieën. Die pogingen mislukten helaas. Nogal wat mensen verwijten Ernest Mandel mede daarom diens (volgens hen) overdreven optimisme.

Tweede Wereldoorlog

Alex de Jong –  directeur van het International Institute for Research and Education (IIRE) te Amsterdam en spreker namens de Vierde Internationale – ging in zijn toelichting dieper in op dat spreekwoordelijk optimisme van Ernest Mandel. Volgens Alex de Jong zijn de wortels van dat optimisme te vinden in Mandels ervaringen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het was toen werkelijk (naar het woord van Victor Serge) ‘middernacht in de eeuw’: de sociaaldemocratische leiders waren het land ontvlucht of – erger nog – kozen ervoor met de Nazi-bezetter samen te werken, terwijl de stalinistische Communistische Partij er in de bedenkelijke ‘hoogdagen’ van het Ribbentrop-Molotov-pact voor koos de massa op te roepen tot terughoudendheid. Enkel een uiterst kleine groep van principiële marxisten ging van bij het begin van de bezetting over tot weerstand. Onder hen Ernest Mandel, die samen met anderen de verzetskrant ‘Het Vrije Woord’ uitgaf, met – quasi uniek in Europa – ook een Duitstalige versie, gericht op soldaten van de Wehrmacht.

Discussies met Sartre en Bloch

Net als Mandels opmerking in de film over “de bescheiden doelen die wij nastreven, namelijk het bevrijden van de mensheid van honger, ongelijkheid, oorlog en onderdrukking, waarna het menselijke drama pas echt kan beginnen”, stelde Alex de Jong dan ook dat Mandels optimisme fundamenteel deel uitmaakt van een bij sommige marxisten sterk aanwezige heilsverwachting. Wat ook een bron van kracht en inspiratie was. Daarbij verwees Alex de Jong ook naar Mandels (soms polemische, maar altijd interessante) discussies met onder andere Jean-Paul Sarte en Ernst Bloch.

Lange golven

Van haar kant belichtte Clara Seynaeve –  doctoranda aan de UCL te Louvain-La-Neuve en lid van de nationale leiding van SAP – Antikapitalisten – Mandels opvattingen omtrent de ‘lange golven van de kapitalistische ontwikkeling’. Beroemd is dat Mandel al zeer vroeg wist te voorspellen dat de lange, naoorlogse boom-periode van het (Westerse) kapitalisme ongeveer tegen het midden van de jaren 1970 ten einde zou lopen. Hij werd daarvoor door alle ‘gevestigde’ economen weggelachen, tot… de crisis van 1974 zijn gelijk bevestigde. Niettemin blijft de theoretische benadering van dit soort ‘lange golven’ controversieel, ook onder marxisten.

Lange golven en automatisering door AI?

Dat bleek ook tijdens de nabespreking. Verschillende aanwezigen vroegen zich af in welke ‘lange golf’ we ons vandaag dan wel mogen bevinden? Is de lange golf met stagnerende tendens nog steeds aan gang? Of naderen we stilaan – met nieuwe technologieën, zoals ‘artificiële intelligentie’ – een nieuw omslagpunt, waarna er opnieuw een lange, expansieve kapitalistische golf kan beginnen? Sluitende antwoorden op deze intrigerende vragen, kunnen (nog?) niet gegeven worden. Al mag het duidelijk zijn dat de snel toenemende kans op grootschaliger automatisering van vele arbeidsprocessen er ook toe leidt dat de factor ‘variabel kapitaal’ (bestaande uit arbeidskracht) zodanig dreigt te krimpen, dat de basis zelf van de kapitalistische uitbuiting erdoor in het gedrang kan komen – en daarmee ook het zonder meer voort bestaan van de kapitalistische productiewijze. Stof genoeg voor aanhoudende geanimeerde discussies.