De wereld is in de ban van het coronavirus. Er worden drastische maatregelen genomen, maar er wordt nauwelijks gekeken naar de oorzaak van het steeds weer uitbreken van nieuwe virale epidemieën. Een gesprek met evolutionair bioloog Rob Wallace over de structurele oorzaken.

U doet al jaren onderzoek naar epidemieën en hun oorzaken. In uw boek Big Farms Make Big Flu (Grote bedrijven maken grote griep) probeert u verbanden te leggen tussen industriële landbouw, biologische landbouw en virale epidemiologie. Wat zijn uw bevindingen?

Het echte gevaar van elke nieuwe uitbraak is het feit dat men niet begrijpt, of beter gezegd niet wil begrijpen dat elk nieuw coronavirus geen op zichzelf staand incident is. Het toegenomen aantal virussen is nauw verbonden met de voedselproductie en het winststreven van multinationale ondernemingen. Wie wil begrijpen waarom virussen gevaarlijker worden, moet het industriële model van de landbouw en vooral van de veeteelt onderzoeken. Op dit moment zijn weinig regeringen en weinig wetenschappers bereid om dat te doen.

Als er zich nieuwe uitbraken voordoen, zijn regeringen, de media en zelfs het grootste deel van de medische wereld zo gefocust op de noodsituatie dat ze de structurele oorzaken die marginale ziekteverwekkers plotseling tot wereldwijde beroemdheid maken, negeren.

Wie draagt er schuld aan?

Ik zei de industriële landbouw, maar het is breder. Het kapitaal maakt zich wereldwijd meester van de grond van de laatste primaire bossen en de kleinschalige landbouwgronden. Dit resulteert in ontbossing en andere ontwikkelingen die leiden tot het ontstaan van ziekten. De diversiteit en complexiteit van deze enorme gebieden, worden zodanig gestroomlijnd dat voorheen ingesloten ziekteverwekkers in de lokale veeteelt en in gemeenschappen terechtkomen.

Voor welke ziekten is dit het geval?

Ebola, Zika, de coronavirussen, gele koorts, diverse vogelziekten en de Afrikaanse varkenspest behoren tot de vele ziekteverwekkers die vanuit het meest afgelegen achterland naar lokale nederzettingen, regionale hoofdsteden en uiteindelijk naar het wereldwijde reisnetwerk gaan. Van fruitvleermuizen in Congo tot het doden van zonaanbidders in Miami binnen een paar weken.

Wat is de rol van multinationale ondernemingen in dit proces?

Planeet aarde is op dit moment grotendeels planeet landbouw, zowel wat betreft biomassa als wat betreft het landgebruik. De agribusiness streeft ernaar de voedselmarkt te veroveren. Het neoliberale project is bijna helemaal georganiseerd rond het ondersteunen van inspanningen van bedrijven uit de ontwikkelde geïndustrialiseerde landen om het land en de grondstoffen van de zwakkere landen te stelen. Als gevolg daarvan worden veel van die nieuwe ziekteverwekkers, die voorheen in toom werden gehouden door eeuwen oude bosecologieën, vrijgemaakt, wat een bedreiging vormt voor de hele wereld.

Welke effecten hebben de productiemethoden van de agro-industrie?

De kapitalistische landbouw die meer natuurlijke ecosystemen vervangt, biedt de exacte middelen waarmee ziekteverwekkers, de meest virulente en besmettelijke virussen, zich kunnen ontwikkelen. Je kunt geen beter systeem ontwerpen om dodelijke ziekten te kweken.

Grote genetische monoculturen van gedomesticeerde dieren verwijderen alle mogelijke barrières die de overdracht van virussen vertragen. Grotere populaties en dichtheden vergemakkelijken een grote snelheid van overdracht. Een hoge doorvoersnelheid, een kenmerk van elke industriële productie, zorgt voor een voortdurende nieuwe aanvoer van vatbare stoffen, de brandstof voor de evolutie van de virussen. Met andere woorden, de agribusiness is zo gericht op winst dat de ontwikkeling van een virus dat een miljard mensen zou kunnen doden, wordt behandeld als een acceptabel risico.

Deze bedrijven kunnen de kosten van hun epidemiologisch gevaarlijke operaties gewoon afwentelen op anderen. Van de dieren zelf tot de consumenten, de landarbeiders, de lokale omgevingen en de verschillende overheden. De schade is zo groot dat als die kosten het bedrijf in rekening zouden worden gebracht, de agribusiness zoals we die kennen voor altijd zou worden beëindigd. Geen enkel bedrijf kan de kosten van de veroorzaakte schade dragen.

In veel media wordt beweerd dat het uitgangspunt van het coronavirus een ‘exotische voedselmarkt’ in Wuhan was. Klopt dat?

Ja en nee. Er zijn aanwijzingen voor. Analyses van de contacten leiden de infecties terug naar de markt in Wuhan, waar wilde dieren werden verkocht. Omgevingsmonsters lijken het westelijke uiteinde van de markt waar wilde dieren werden gehouden aan te geven.

Maar hoe ver terug en hoe breed moeten we onderzoeken? Wanneer is de ellende echt begonnen? De focus op de markt mist de oorsprong in de dierhouderij in het achterland en de toenemende kapitalisatie ervan. Wereldwijd, en ook in China, wordt wild steeds meer een economische sector. Maar de relatie met de industriële veehouderij gaat verder dan alleen het delen van dezelfde geldzakken. Als de industriële productie van varkens, gevogelte en dergelijke soorten zich uitbreidt naar het primaire bos, zet het de kwekers van ‘wild’ onder druk om verder het bos in te gaan voor de bronpopulaties, waardoor het raakvlak met en de verspreiding van nieuwe ziekteverwekkers, waaronder Covid-19, wordt vergroot.

Covid-19 is niet het eerste virus dat zich in China ontwikkelt en dat de overheid probeerde te verdoezelen.

Ja, maar dat is niet specifiek voor China. De VS en Europa hebben ook als basis gediend voor nieuwe griepvirussen, recentelijk H5N2 en H5Nx, en hun multinationals hebben de opkomst van Ebola in West-Afrika en Zika in Brazilië bevorderd. (…)

De neoliberale herstructurering van de gezondheidszorg heeft zowel het onderzoek als de algemene zorg voor patiënten, bijvoorbeeld in ziekenhuizen, verslechterd. Welk verschil kan een beter gefinancierd gezondheidszorgsysteem maken om het virus te bestrijden?

Er is het vreselijke maar veelzeggende verhaal van een medewerker van een bedrijf voor medische hulpmiddelen in Miami die bij zijn terugkeer uit China met griepachtige verschijnselen het juiste voor zijn familie en gemeenschap deed en een lokale ziekenhuistest voor Covid-19 eiste. Hij maakte zich zorgen dat zijn minimale Obamacare de tests niet zou vergoeden. Hij had gelijk. Hij moest 3.270 dollar betalen voor de test.

In Amerika zou geëist moeten worden dat er een noodverordening komt die bepaalt dat tijdens een pandemie-uitbraak alle rekeningen voor het testen op infecties en voor behandeling na een positieve test door de federale overheid worden betaald. We willen mensen aanmoedigen om hulp te zoeken in plaats van zich te verstoppen en anderen te besmetten, omdat ze zich geen behandeling kunnen veroorloven. De voor de hand liggende oplossing is een nationale gezondheidsdienst die volledig bemenst en uitgerust is om dergelijke noodsituaties in de hele gemeenschap aan te pakken. (…)

Wat zouden duurzame veranderingen zijn?

Om het ontstaan van nieuwe virusuitbraken tegen te gaan, moet de voedselproductie radicaal veranderen. Een grotere autonomie van de boeren en een sterke publieke sector kunnen milieurampen en op hol geslagen infecties beteugelen. Introduceer gevarieerde rassen van vee en gewassen, zowel op het niveau van de boerderij als op regionaal niveau. Laat de voor voedsel bestemde dieren zich ter plaatse voortplanten zodat ze hun immuniteit voor virussen door kunnen geven. Zorg naast goede productie voor goed transport. Geef subsidie en prijsondersteuning voor de consumenten die ecologische producten kopen. Verdedig deze experimenten tegen zowel de dwang die de neoliberale economie oplegt aan individuen en gemeenschappen als tegen de dreiging van door het kapitaal geleide staatsrepressie.

Er moet een einde komen aan de agro-industrie, al was het maar uit oogpunt van volksgezondheid. Een zeer gekapitaliseerde voedselproductie is afhankelijk van praktijken die de hele mensheid in gevaar brengen, door een nieuwe dodelijke pandemie te helpen ontketenen.

We moeten eisen dat voedselsystemen zodanig worden gesocialiseerd dat het voorkómen van gevaarlijke ziekteverwekkers op de eerste plaats komt. Dat betekent dat de voedselproductie weer in de behoeften van de plattelandsgemeenschappen moet worden geïntegreerd. Dat vereist agro-ecologische praktijken die het milieu en de boeren beschermen terwijl ze ons voedsel verbouwen. We moeten de metabolische kloof tussen onze ecologieën en onze economieën helen. Kortom, we hebben een wereld te winnen.

Dit is een ingekorte versie van het interview dat oorspronkelijk verscheen op Marx21. Inkorting en vertaling: redactie Grenzeloos.