In de eerste dagen van zijn presidentschap heeft president Bolsonaro concrete plannen gepresenteerd om het Braziliaanse tropische regenwoud te gaan gebruiken als landbouwgrond. Bolsonaro wil de huidige wetten tegen ontbossing versoepelen, zodat er op grote schaal landbouw- en mijnbouwprojecten kunnen plaatsvinden.

In het Amazoneregenwoud zijn 720 beschermde reservaten die worden bewoond door 240 verschillende volkeren. Mijnbouw en commerciële landbouw zijn in deze gebieden in principe verboden en de oorspronkelijke bevolking moet volgens de wet worden beschermd. Om de uitverkoop van het Amazonegebied te kunnen realiseren, is Bolsonaro per 1 januari direct begonnen de opgebouwde bescherming voor deze volkeren, klimaatactivisten en de Amazone af te breken zodat niets de exploitatie van het regenwoud in de weg staat.

Zo is het beheer van de FUNAI, een nationale stichting ter bescherming van de oorspronkelijke bewoners, per direct overgeheveld van speciale overheidsbescherming naar het ministerie van Landbouw. Bolsonaro’s Minister van Landbouw Tereza Cristina Corrêa da Costa Dias staat bekend als lobbyist voor het ontbossen van de Amazone en is een rechtstreekse vertegenwoordiger van de rijke elite van grootgrondbezitters.

Ook vallen mensenrechtenorganisaties per 1 januari gedurende 120 dagen onder directe controle van de staat waardoor zij niet meer onafhankelijk kunnen opereren. Bolsonaro wil dit als wet laten aannemen, zodat de maatregel blijvend is. Hierdoor zullen mensenrechtenorganisaties in heel Brazilië beperkt worden en niet meer zonder toestemming van de staat kunnen werken. Dit heeft rechtstreekse gevolgen voor de groepen die door zulke organisaties beschermd worden.

Dat Bolsonaro op het Amazonegebied focust is niet verrassend. Brazilië is een van de grootste exporteurs van soja, koffie, rundvlees en suiker ter wereld. Het creëren van meer landbouwgrond en winstproductie past in de liberale, rechtse plannen die ten koste gaan van het welzijn en de levens van mensen.

Bovendien vormen de volkeren en activisten in de Amazone een goed georganiseerde, strijdbare groep die de afgelopen decennia vaak succesvol heeft geprotesteerd. Bolsonaro wil dit verzet breken en bestempelt activisten in de Amazone als ‘terroristen’. Hiermee creëert hij draagvlak om geweld tegen deze groepen te gebruiken. Vorig jaar werden al 71 klimaatactivisten vermoord. Hij zei tijdens zijn campagne dat de oorspronkelijke bewoners zouden verdwijnen als zij niet meewerken door hun ‘rijke’ land af te staan.

Bolsonaro’s kabinet bestaat bovendien uit klimaatontkenners. Bolsonaro’s nieuw aangestelde minister van Buitenlandse Zaken Ernesto Arujo noemt klimaatverandering een ‘dogma’ en ‘marxistisch complot’. Volgens Arujo gebruikt links milieuthema’s alleen maar om wereldwijde overheersing te bereiken en de groei van economieën te beperken. Terwijl onderzoekers hebben aangetoond dat meer dan 80 procent van de Braziliaanse gemeenten te kampen hebben met toenemende droogte en dat dit rechtstreeks in verband te brengen is met de ontbossing van de Amazone.

Met Bolsonaro als president dreigen niet alleen directe klimaatgevolgen voor Brazilië (en de hele wereld) maar het ontnemen van mensenrechten en criminaliseren van activisten legt een basis voor geweld op grote schaal.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op socialisme.nu.