“Mijn volledige verzameling jeugdboeken geschreven door de gedetineerde Karl May aan het inbinden in het beste kalfsleer en aan het inpakken in plastiek nu ook hier de dreiging van boekverbranding opdaagt wegens politiek niet correct. Ik stop er een boodschap bij voor het verre nageslacht. Deze verhalen hebben een grijze vervelende jeugd, in het dorp waaraan ik wilde ontsnappen, draaglijk gemaakt.”

Het staat op Facebook, op de pagina van Daniël Crabeels, jeugdmakker uit Bredene, het dorp waarover hij het heeft.

Enkele bladzijden verder staat een soortgelijke post, van jeugdschrijver Patrick Lagrou: “En nu blijken deze boeken niet helemaal correct te zijn en worden ze uit de rekken gehaald! Moet ik mijn boeken van Winnetou nu beginnen verbranden?”

Crabeels ziet de dreiging, Lagrou stelt de vraag: boekverbranding! Ik zoek uit wat er aan de hand is en leer dat de uitgever de titels uit de rekken haalt:

“We hebben vandaag besloten om de verzending van de titels stop te zetten en ze uit onze collectie te halen. Wij danken u voor uw kritiek. Uw feedback heeft ons duidelijk gemaakt dat we de gevoelens van mensen kwetsen met de Winnetou-titels. Dat is nooit onze bedoeling geweest en het is ook niet verenigbaar met onze waarden. Daar bieden we onze oprechte excuses voor aan.”

Minder een overwinning van woke, interessant fenomeen dat vanuit Amerika komt overwaaien, dan wel van een kwalijk nevenverschijnsel ervan, een verwerpelijke vorm van culturele intolerantie, met name de cancelcultuur. (1)Over deze verschijnselen postte Pips Patroons in 2021 een lezenswaardig stukje onder de titel Woke or awake.

De avonturen van Winnetou en Old Shatterhand zijn jongensboeken die ikzelf nooit gelezen heb. Op ’t net zoek ik enige houvast en stoot op een krantenstuk dat Godfried Bomans in 1963 in Elseviers Weekblad publiceert, onder de intrigerende titel Het ruikt hier naar gas. Bomans werpt daarin een indringende blik op de ziel van het opgroeiende jongetje, lezer van Karl Mays boeken.

“Men zit met een voorraad toewijding die nergens op gericht kan worden, want het godenbeeld van de vader is juist omgevallen en dat van de vrouw nog niet opgericht. In dit vacuüm treden plotseling Winnetou en Old Shatterhand naar voren (…) zij blijven volkomen zichzelf binnen de cirkel van hun zelfstandig bestaan, alsof zij alleen op de wereld zijn. Zij rijden hun eenzaam pad dwars door het leven der ‘anderen’, die óf opzij vallen óf op hun knieën zinken. Zij hebben iets in hun hoofd en dat gebeurt. Buiten die smalle streep is er niets.”

Zegt Bomans: “Karl May houdt de jongen gevangen in zijn eigen denkwereld”.

Maar waarom denk ik bij ‘zij hebben iets in hun hoofd en dat gebeurt’ aan de nazifilm Triumph des Willens? Geen toeval, blijkt verder uit Bomans’ stuk:

“Hier stoten we opeens op een weke plek in de Duitse ziel waarachter het hol klinkt. Wat zit er in die ruimte? Wie daar gebukt in doordringt, ontmoet allereerst goede vrienden: Old Shatterhand en Winnetou. Maar de glimlach van herkenning verstijft op uw lippen naarmate u verder gaat. Zij zijn slechts de voorlopers van ander volk dat u herkent uit meer recent verleden. Zij dragen ook buksen, maar niet langer van zilver, en zij hebben ook vuisten, maar niet langer om te verdoven. En als u niet verder meer kunt, vindt u achterin een man met een kleine snor die met de rug tegen de muur van zijn onverzettelijk gelijk u strak in de ogen kijkt. Het geurt hier ook niet meer naar de prairie. Het ruikt hier naar gas.”

Nu breekt mijn klomp! Godfried Bomans blijkt al in 1963 bijzonder ‘woke’ te zijn. Maar vindt hij ook dat Karl May ‘gecanceld’ moet worden? Bah neen, naar eigen zeggen blijft hij Winnetou lezen. Zo horen de dingen inderdaad vooruit te gaan: wél woke, géén cancelcultuur.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op De Laatste Vuurtorenwachter.

 

Voetnoten

Voetnoten
1 Over deze verschijnselen postte Pips Patroons in 2021 een lezenswaardig stukje onder de titel Woke or awake.