1. Het feit dat de economische vertraging voorafging aan Covid-19, het coronavirus, mag niet leiden tot de ontkenning van de economische gevolgen van de epidemie (onderbreking van de productie, onderbreking van de toeleveringsketens, sectorale gevolgen voor het luchtvervoer en het toerisme, enz.). De epidemie is een verstorend fenomeen met een exponentiële dynamiek en is een specifieke versterker van de economische en sociale crisis. Het is ook een indicator voor de kwetsbaarheid van het kapitalistische systeem en de gevaren die het met zich meebrengt voor de arbeidersklasse, met name door het aangeboren productivisme en de ermee samenhangende politiek, wat de fundamentele oorzaak is van de ecologische en klimatologische crisis.

2. Om de epidemie in te dammen zouden er snel strenge maatregelen moeten worden genomen om de gezondheid van reizigers uit besmette regio’s te controleren, besmette personen te identificeren en te isoleren, het vervoer te beperken en de gezondheidsdiensten te versterken. Gebonden aan de neoliberale politiek, waarmee ze de economische vertraging proberen tegen te gaan, hebben de kapitalistische regeringen geaarzeld en vervolgens te langzaam de nodige maatregelen genomen, waardoor ze gedwongen werden achteraf strengere maatregelen te nemen, zonder nochtans de verspreiding van het virus tegen te kunnen houden. Nul voorraadvorming, budgettaire bezuinigingen op het gebied van gezondheid en onderzoek en flexibele werkomstandigheden zijn schuldig aan deze crisis.

3. Wetenschappers luidden de noodklok al tijdens de SARS-coronavirus-epidemie in 2002. In Europa en de Verenigde Staten zijn programma’s voor fundamenteel onderzoek voorgesteld die het mogelijk zouden hebben gemaakt een beter inzicht te krijgen in deze categorie van virussen en te voorkomen dat deze in nieuwe vormen opnieuw zouden opduiken. De regeringen weigerden ze te financieren. Een absurd beleid, maar op maat gemaakt om het onderzoek op deze gebieden over te laten aan de farmaceutische industrie, die niet de volksgezondheid nastreeft, maar winst maakt door de verkoop van geneesmiddelen op de markt aan solvabele patiënten.

4. Zoals elk verstorend fenomeen lokt de epidemie in de eerste plaats ontkenningsreacties uit. Deze kunnen daarna plaats maken voor paniek. Paniek kan door samenzweerders en andere demagogen worden gebruikt om autoritaire strategieën van technologische controle van de bevolking en beperking van democratische rechten in de hand te werken, zoals in China en Rusland. Bovendien bestaat er een ernstig risico dat Covid-19 door fascisten wordt gebruikt als voorwendsel om een racistisch beleid van uitzetting van migranten te rechtvaardigen en te intensiveren.

5. De linkerzijde kan op geen enkele manier genoegen nemen met een eenvoudige verschuiving van de exogene factor van de gezondheidscrisis naar de endogene kapitalistische economische crisis. Zij moet rekening houden met de gezondheidscrisis als zodanig en voorstellen ontwikkelen om deze op een sociale, democratische, antiracistische, feministische en internationalistische manier te bestrijden. Tegen de stroom in van het individualisme moet het ook voor zichzelf opkomen en in sociale bewegingen collectief gedrag propageren dat verantwoordelijk is vanuit het oogpunt van de niet-verspreiding van het virus.

In tegenstelling tot de maatregelen die sommige regeringen hebben genomen om het gebruik van auto’s te beperken naar aanleiding van de “olieschok”, kan niemand zich onttrekken aan zijn of haar verantwoordelijkheid met betrekking tot de gezondheid: de eigen verantwoordelijkheid, die van zijn of haar familieleden en de volksgezondheid, zonder de verantwoordelijkheid met betrekking tot het mondiale Zuiden te vergeten. Ofwel nemen de sociale bewegingen deze kwestie in eigen hand, democratisch en gebaseerd op de sociale realiteit van de gedomineerden, ofwel zullen de heersers hun ondemocratische en autoritaire oplossingen opleggen.

6. Het grote gevaar van de epidemie is de mogelijke overschrijding van de verzadigingsdrempel van de ziekenhuissystemen. Dit zou onvermijdelijk leiden tot een verergering van de tol die wordt betaald door de armsten en zwaksten – met name onder de ouderen – en tot een verschuiving van zorgtaken naar de huiselijke sfeer, d.w.z. over het algemeen op de kap van de vrouwen. De drempel is uiteraard afhankelijk van de landen, de gezondheidsstelsels en het bezuinigingsbeleid dat is opgelegd. Het zal des te sneller worden bereikt als de regeringen achter de epidemie aanlopen in plaats van deze te voorkomen.

De epidemie vereist dus duidelijk een breuk met het bezuinigingsbeleid, een herverdeling van de rijkdom, herfinanciering en terugschroeven van de liberalisering van de gezondheidssector, de afschaffing van octrooien op medisch gebied, rechtvaardige betrekkingen tussen Noord en Zuid en voorrang voor sociale behoeften. Dit houdt met name in: verbod op ontslag van besmette personen, behoud van loon bij gedeeltelijke werkloosheid, stopzetting van de controle, van de ‘activering’ en van de sancties tegen sociaal werkers, enz. Het is vooral op deze punten dat er actie moet worden ondernomen om irrationele reacties en hun potentieel voor racistische en autoritaire uitglijders tegen te gaan.

7. Er zijn veel punten van overeenkomst tussen de Covid-19-crisis en de klimaatcrisis. In beide gevallen maakt de logica van winstbejag het kapitalistische systeem niet in staat om een gevaar te voorkomen waarvan het zich toch bewust is. In beide gevallen schommelen de regeringen tussen de ontkenning en de ontoereikendheid van het beleid, dat in de eerste plaats op de behoeften van het kapitaal is afgestemd, niet op de behoeften van de bevolking. In beide gevallen komen de armsten, de mensen van kleur en de zwaksten, vooral in de landen van het Zuiden, in het vizier, terwijl de rijken zelf denken dat zij er altijd wel uit zullen komen. In beide gevallen gebruiken regeringen de dreiging om op te rukken naar een sterke staat, terwijl extreemrechtse krachten angst proberen te gebruiken om lelijke malthusiaanse en racistische reacties door te drukken. In beide gevallen, ten slotte, komt de sociale wet van de kapitalistische waarde in frontale tegenspraak met natuurwetten met een exponentiële dynamiek (de vermenigvuldiging van virale infecties in het ene geval, de opwarming van de aarde en zijn positieve terugkoppelingen in het andere).

8. Het klimaatgevaar is echter oneindig veel groter en ernstiger dan dat van het virus. Hetzelfde geldt uiteraard voor de gevolgen ervan als de uitgebuitenen en de onderdrukten zich niet verenigen om deze absurde en criminele productiewijze ten val te brengen. Covid-19 is een waarschuwing, nog maar eens: er moet een einde komen aan het kapitalisme, dat de mensheid meesleept naar barbaarsheid.