Dat de hoofddoek toegelaten is op Gentse scholen,vindt Ida Dequeecker een goede zaak. Maar over de voorwaarden is ze minder te spreken.

De meerderheid van de Gentse gemeente­raad bevestigde dat levensbeschouwelijke tekens op 1 september toegelaten zijn in de middelbare stadsscholen in Gent. Dat is goed nieuws.

De N-VA had de kwestie op de agenda van de gemeenteraad gezet. De partij voelde zich gesterkt door het arrest van het Grondwettelijk Hof van 4 juni. Dat oordeelde dat een hoofddoekenverbod in een Brusselse hogeschool geen schending is van de grondwet of van het Europese mensenrechten­verdrag (DS 4 juni).

Dat het N-VA-voorstel het niet haalde, juichen we toe, want Furia is tegen een verbod. Dat de Gentse gemeenteraad voet bij stuk houdt en ook weigert levensbeschouwelijke tekens te verbieden voor loketpersoneel, stemt ons eveneens tevreden.

Maar de vreugde wordt wel stevig getemperd, want aan de toelating in scholen worden behoorlijk wat voorwaarden gekoppeld (DS 24 juni). Zo gaat de discussie alleen over de hoofddoek, niet over andere levens­beschouwelijke tekens. Dat heeft het voordeel van de duidelijkheid, maar meer ook niet. De tegenstanders van de hoofddoek halen nogmaals een resem oude en vooringenomen argumenten uit de kast.

‘Veiligheid en gezondheid’

In de nieuwe afspraken die in Gent gemaakt zijn, staat dat ‘de hoofddoek, of andere levensbeschouwelijke symbolen, de openbare orde niet mogen verstoren, de goede zeden niet mogen schenden of de vrijheid van anderen belemmeren’.

Dat de hoofddoek apart vermeld wordt, stigmatiseert moslimmeisjes. Alsof zij potentiële ordeverstoorsters, schendsters van de goede zeden en beroofsters van de vrijheid zijn. Dat vinden wij onaanvaardbaar. Het gaat om islamofobe, seksistische discriminatie. Het toont ook aan, mocht daar nog twijfel over bestaan, dat het verbod op levens­beschouwelijke tekens enkel en alleen om de hoofddoek draait.

Ook het riedeltje van veiligheid en gezondheid duikt weer op. Dat er veilige kledij nodig is in de chemie- of turnlessen of waar dan ook, is evident. Waarom dit apart vermelden bij de hoofddoek? Wat gezondheid ermee te maken heeft, is helemaal een raadsel.

In de praktijk krijgen scholen zelf de keuze. De directies mogen een verbod opleggen als ‘het schoolklimaat het eist’. Zo krijgen de schoolbesturen een vrijgeleide om allerlei redenen te bedenken om de hoofddoek (pardon, levensbeschouwelijke tekens) te verbieden. Zo is het bij voorbaat terug naar af voor moslima’s. Dure rechtszaken zijn hun enige uitweg om hun recht op godsdienstvrijheid te vrijwaren.

Ook de ultieme dooddoener ontbrak weer niet: sociale druk. Sinds Karin Heremans, de directrice van het Atheneum van Antwerpen, er enkele jaren geleden mee uitpakte, is dat argument een eigen leven gaan leiden. Waarom gaan mensen er zomaar van uit dat er gevaar zou kunnen dreigen van ‘indoctrinatie, discriminatie en bekeringsijver’ via de hoofddoek? Zijn de meisjes zélf het gevaar? Staan ze onder druk van leeftijdgenoten? Van hun gemeenschap? En zelfs als dat het geval zou zijn, waarom rechtvaardigt dat dan een verbod?

Vooroordelen als pasmunt

Wat uit de vele getuigenissen van meisjes zelf blijkt, is dat een verbod of een toelating met zoveel voorwaarden hen zwaar onder druk zet. Velen durven hun hoofddoek niet te dragen uit angst voor het stigma. Meisjes die het toch doen, voelen nog meer druk. Met hoe zij zich daarbij voelen, en hun ouders en gemeenschap, wordt geen rekening gehouden.

Het is hoog tijd om de meisjes zelf aan het woord te laten. Misschien kan schepen van Onderwijs Elke Decruynaere (Groen) een initiatief in die zin nemen en een echte dialoog op gang brengen. Het is duidelijk dat de beslissing van de Gentse gemeenteraad een politiek compromis is. Maar het is verontrustend als islamofobe vooroordelen de pasmunt zijn voor zulke compromissen.

Furia is tegen een hoofddoekenverbod, omdat het islamofobe discriminatie op grond van gender institutionaliseert – met alle sociale en persoonlijke schade van dien bij meisjes, vrouwen en hun gemeenschap. Vanuit de feministische basisprincipes van zelfbeschikking, gelijkheid en solidariteit verdedigen wij het recht van meisjes en vrouwen om al dan niet een hoofddoek te dragen, altijd en overal.

Ida Dequeecker schreef dit stuk namens Furia. Dit opiniestuk verscheen oorspronkelijk in DS van 29 juni 2020.