De Europese extreemrechtse partijen kunnen tevreden terugblikken op de voorbije periode, de verkiezingszeges volgen elkaar op. Als toemaat neemt rechts meer en meer hun programma over. En aangezien kiezers meestal het origineel boven de kopie verkiezen, kunnen de rechtse radicalen op een toeloop van rechtse kiezers rekenen. Ze kunnen dus met het volste vertrouwen naar de Europese verkiezingen van juni 2024, het terrein ligt open. Dat vooruitzicht weegt nu al op de komende top van de EU, half december, volgende keer kunnen de kaarten aanmerkelijk anders liggen.

De zege van Geert Wilders in Nederland is een hart onder de riem van de Europese geestesgenoten. Die hadden zich enkele dagen eerder al kunnen verheugen in het succes van een Latijnse verwant, Milei in Argentinië. Volgend jaar nog een triomf voor de Groot-Arische Narendra Modi in India en de verkiezing van Donald Trump in de VS om het af te ronden. Met tussendoor een reeks zeges in de Europese verkiezingen.

In de lift

Wilders werd bedolven onder de gelukwensen van onder meer Vlaams Belang, Rassemblement National van Marine Le Pen, de Hongaarse premier Viktor Orban, de Lega van Matteo Salvini enz. Er waren wel niet onmiddellijk felicitaties van de Italiaanse uiterst-rechtse premier Giorgia Meloni, die tapt uit een ander uiterst-rechts vaatje.

We moeten niet peilen om te beseffen dat het Parlement van de EU er na juni volgend jaar anders zal uitzien, opvallend rechtser. In heel wat lidstaten kunnen we een forse aangroei van uiterst-rechtse gekozenen verwachten: Italië, Frankrijk, Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Zweden, België… Die zitten nu nog verspreid over twee fracties plus enkele fractie-lozen. Die in één groep samenbrengen, ligt niet voor de hand.

Maar dat hun gewicht, in het licht van de verkiezingsresultaten van de voorbije twee jaar, sterk zal toenemen, ligt voor de hand. We zien bovendien dat een deel van ‘klassiek rechts’ en uiterst-rechts steeds vaker op één lijn zitten, bij voorbeeld rond milieukwesties. Sommige ‘klassiek rechtse’ partijen schuiven in snel tempo verder naar rechts op – de Spaanse PP, de Franse LR, ook de Duitse CDU. Terwijl tegelijk kan worden verwacht dat het gewicht van sociaaldemocraten, groenen en uiterst-links zal slinken.

Fracties

Momenteel zitten de meeste uiterst-rechtse partijen in ofwel de fractie ECR (Europese Conservatieven en Hervormers), momenteel 67 leden (onder wie die van de N-VA), of in ‘Identiteit en Democratie’ (ID), nu 60 leden. Daarnaast zijn er nog enkele uiterst-rechtse leden bij de niet-ingeschrevenen, zoals de 11 van het Hongaarse Fidesz van Viktor Orban. Samen 132 parlementsleden op de 705.

In het licht van verkiezingen van de voorbije twee jaar en van recente peilingen, kunnen we ervan uitgaan dat dit zetelaantal zal toenemen. Het Franse RN, het Duitse AfD, de Italiaanse Fratelli d’Italia, het Vlaams Belang, de Oostenrijkse FPÖ zijn enkele van de uiterst-rechtse partijen die in de lift zitten, hun zetelaantal zal aanzwellen. Sommige zullen het gevoelig minder doen, zoals de Italiaanse Lega die in 2019 een monsterscore haalde van ca een derde van de stemmen en nu rond 10 percent schommelt. Maar de tendens is zeer duidelijk, het gewicht van uiterst-rechts wordt in juni 2024 groter.

Grenzen vervagen

Dat gekoppeld aan een rechterzijde, vooral dan de EVP (nu een fractie van 176 leden), die al dertig jaar uiterst-rechts helpt te “normaliseren” en de jongste tijd gevoelig naar rechts opschuift. Dat is duidelijk te merken in bij voorbeeld Spanje waar de PP er geen graten in ziet met Vox de besturen (zoals de N-VA er geen graten in ziet met Vox in één fractie te zitten). Of in Frankrijk waar de partij Les Républicains meer en meer het programma van het RN kopieert. Maar ook in de belangrijkste groep van de EVP, de Duitse CDU, zien we de druk groeien om het cordon sanitaire rond AfD te versoepelen. De Vlaamse CD&V valt hier uit de toon.

Zonder het belang van het Europees Parlement te overschatten, is dit vooruitzicht niettemin verontrustend: een fikse uiterst-rechtse aanwezigheid, mogelijk nog altijd versnipperd tussen twee fracties, met een rechts blok dat niet veel groter is dan uiterst-rechts samen, maar meer en meer op dezelfde lijn.

Dat is vooral geen goed nieuws voor al wie bezorgd is om democratische rechten, om milieu, klimaatverandering enz. De jongste maanden worden allerlei maatregelen afgezwakt of met afzwakking bedreigd. Die trend zal zich allicht verderzetten. Vooral omdat uiterst-rechtse partijen al lang berekend hebben dat ze met campagnes tegen asociaal aanvoelende maatregelen, zoals de warmtepompen en de lage emissiezones, zeer goed scoren.

Poetin

Het valt nog nauwelijks op, die opmars van uiterst-rechts stemt het Kremlin vreugdevol. De een is al meer tegen verdere hulp aan Oekraïne dan de ander – o.a. Wilders en Salvini willen dat snel stopzetten, Meloni heeft daarentegen als premier van een NAVO-land ingebonden. En de Poolse PiS zit dan weer op een ander spoor, al is het enthousiasme voor Zelensky ook daar erg bekoeld sinds het Oekraïense graan de Poolse boeren boos stemde.

Al die rechtse radicalen delen in grote lijnen de reactionaire visie van president Vladimir Poetin, die nu net weer een nieuwe campagne is gestart tegen de homobewegingen. Het zal hem niet schaden in zijn campagne om in maart te worden herverkozen als staatshoofd van de Russische Federatie. Wellicht het zoveelste succes van uiterst-rechts in 2024.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Uitpers