Ik haat Playboy. Dat zou geen nieuws moeten zijn, laat staan dat er feministen zouden afwijken van mening daarover. Toch is het zo. Playboy is één van de drijvende krachten achter vrouwenhaat in deze wereld. Niets wat zij doen heeft een goeie intentie, nu niet, vroeger niet, nooit niet. Het enige positieve dat we over wijlen Hugh Hefner kunnen zeggen is dat hij dood is. Het is iemand op wie perfect die leuke uitspraak van toepassing is: “I have never killed a man, but I have read many an obituary with great pleasure.”

Ik haat ook TERFs – transhaters die zich voordoen als feministen. Het zijn een bende hypocriete karikaturen van feministen, de echte “verrekijker door de ruiten” nepethische moralisten met een fout systeem. Naar de dood van pakweg Janice Raymond of Germaine Greer of Sheila Jeffreys is het al even reikhalzend uitkijken als naar die van Hefner – een vergelijking die ze vast niet zullen appreciëren maar who gives a shit.

Moest ik iets kwaadaardiger zijn – misschien over een paar jaar – dan zou ik dus lekker popcorn maken en genieten van de wederzijdse ruzie. Helaas is dit een mooi voorbeeld van wat er allemaal verkeerd loopt in hedendaags feminisme.

TERFs: trans personen gaan niet weg, wij blijven. Als het ons voldoende onwelkom wordt gemaakt in de feministische beweging, zullen er heel wat trans personen andere manieren van bevrijding zoeken. Ben je het daar niet mee eens? Jammer. Je had kunnen zorgen voor een supercoole alliantie van holebi en trans activisten en feministen, maar je koos het pad van de uitsluiting en daar ga je dan zelf weer aan ten onder.

De karikatuur die jullie maken van radicaal feminisme is zo zielig dat die strekking nu met uitsterven bedreigd is: job well done. Jullie gedrag had niet slechter kunnen zijn voor feminisme moesten jullie goedbetaalde agenten van het patriarchaat zijn. Maar dat zijn jullie natuurlijk niet en dat hoeft ook niet. Jullie werken gratis om het patriarchaat te promoten en dat zou hilarisch zijn moest het niet zo in-en-in treurig zijn.

Een discussie over trans personen die poseren in Playboy blijkt al snel het soort gesprek waarbij je een hekel krijgt aan werkelijk elke positie in de discussie. Trans personen krijgen geen bevrijding door daarin te poseren maar die TERFs moeten ook maar es hun waffel houden.

Mijn bedenkingen bij poseren in Playboy? Eigenlijk vallen die nog mee. Behalve dat je rechtstreeks bijdraagt aan de onderdrukking van vrouwen én trans personen.

Een belangrijke les voor de cis feministen is wel dat voor veel trans personen, onderdrukt en slecht behandeld worden als (cis) vrouwen al een stap vooruit is. Jawel, wij worden zo slecht behandeld dat zelfs dat vooruitgang is.

We zien hier ook een mooie illustratie van cisseksisme: trans personen worden als groep afgerekend als er één (of twee) trans personen poseren in Playboy. Je zou kunnen zeggen “alle cis vrouwen zijn slecht want eentje is manager bij playboy” of “alle cis mensen zijn troep want sommigen zijn onfeministisch”. Wat een domme uitspraken, hoe durf je een hele groep te veroordelen op basis van één… o ja. Kortom, trans personen aanvallen hierover is hypocriet.

Er is hier een héle belangrijke discussie te voeren over hoe we omgaan met lichamen, hoe vrouwen tot object gemaakt worden, hoe we tot koopwaar verworden… maar die complexe en noodzakelijke discussie valt in het water. Het enige wat we zien is langs de ene kant een bende transhaters en langs de andere kant een bende liberalen die Playboy als het summum van seksuele bevrijding zien. Snel, kies een kamp!

Feminisme vandaag: langs de ene kant ahistorisch verkeerde structuurdenkers met een lekke ideologie die op een bierkaartje past en langs de andere kant liberalen die geen systemen durven bekritiseren want oei oei een echte confrontatie met macht. In plaats van deze problematische visies moeten we een betere, radicale en inclusieve koers varen.

Aan de revolutie zijn we nog niet. Tot dan zou ik al blij zijn met feminisme dat een beetje verder durft gaan. Radicaal en intersectioneel: zo moeilijk kan dat toch ook niet zijn.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Overvallen op de kruispunten – de column van Evie Embrechts op De Tweede Sekse Blog.