In de sterke sociaal-realistische film The Old Oak, geregisseerd door Ken Loach (1936) en geschreven door Paul Laverty (1957), raakt een pub eigenaar bevriend met een Syriër in een verdeeld Groot-Brittannië. Loach en Laverty weten in deze film het belang van verbinding tegen racisme op een toegankelijke en emotionele manier te vertalen naar het witte doek.

Het duo Loach en Laverty maakte eerder de films I, Daniel Blake (2016) over bureaucratie en sociale onrechtvaardigheid, The Wind That Shakes the Barley (2006) over de Ierse onafhankelijkheidsoorlog en It’s a Free World (2007) over arbeidsmigranten en de impact van de economie op individuele keuzes.

De twee hebben zich voor hun nieuwste film laten inspireren door verhalen van Syrische vluchtelingen. Met een sociaal-realistische stijl, gekenmerkt door relatief simpele filmtechnieken, wordt er in negentig minuten een levensecht portret van de Britse samenleving geschetst.

Alle opnames zijn niet in studio’s, maar op locatie gemaakt. Hierdoor heeft de The Old Oak een grimmige, rauwe uitstraling die past bij de sociale thema’s die erin worden verkend. Loach gebruikt filmtechnieken in de stijl van documentaires, met natuurlijk aanvoelende camerabewegingen. Door de lange shots komt de kijker dichter bij de personages te staan: deze voelt de authenticiteit en wordt een stille getuige van de gebeurtenissen.

Mijnwerkers en vluchtelingen

De film speelt zich af in het Engelse Durham, ooit een bloeiende industriestad. Tegen het jaar 2000 verdwenen er veel fabrieken doordat de vraag naar steenkool instortte en de textielindustrie zich verplaatste naar lagelonenlanden. De stad kent een geschiedenis van achteruitgang, stakingen en arbeidsconflicten.

The Old Oak is een vroeger drukbezochte kroeg die zich tijdens crisissen leende als thuis voor verschillende activisten. Zo hielp de kroeg bij het in stand houden van een protestbeweging tijdens de mijnwerkersstaking van 1984-1985. The Old Oak houdt anno 2016 nog maar net het hoofd boven water door zijn vaste klandizie. De lokale inwoners willen de stamkroeg koste wat het kost in stand houden. Tenslotte is de kroeg naast hun eigen huis het enige dat ze nog bezitten.

TJ, bareigenaar van The Old Oak, verwelkomt vanaf de eerste dag de aankomst van oorlogsvluchtelingen uit Syrië. Samen met zijn nieuwe Syrische vriendin Yara helpt hij gezinnen die het zwaar hebben. Yara geeft ons vanuit TJ’s perspectief inzicht in het leed van haar familie. ‘It’s the hope that causes so much pain’, vertelt Yara.

TJ belandt in een spagaat wanneer hij in de bar de meningen van zijn vaste klanten over de oorlogsvluchtelingen hoort. Mensen zijn racistisch en kwaad omdat de prijzen die de Syriërs voor de woningen hebben betaald veel lager zijn dan men had verwacht.

In plaats van marktwerking de schuld te geven, worden de Syriërs tot zondebok gemaakt. Dit drijft de twee groepen uit elkaar, met als resultaat pest- en haatacties. Yara en TJ laten zich inspireren door de mijnwerkersopstand van 1984-1985 en maken plannen om de verdeeldheid en armoede te bestrijden.

De film is een spiegelbeeld van het Verenigd Koninkrijk anno 2016 en nu. Hoewel het woord Brexit nooit valt, zijn de sentimenten die tot Brexit hebben geleid sterk voelbaar. Relatief lage prijzen trokken immigratie aan naar locaties zoals Durham, waar sociale voorzieningen al onder druk stonden.

De film neemt je mee in de gevoelens van de verschillende partijen. The Old Oak raakt de kijker door te laten zien hoe de invloed van het kapitalisme leidt tot maatschappelijke problematiek. De mijnwerkersstaking van 1984-1985 inspireert mensen nog steeds om in actie te komen, ook in de strijd tegen racisme.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op socialisme.nu.