De golf van debat die volgt op de gebeurtenissen in Wit-Rusland, heeft de belangrijkste vragen buiten beschouwing gelaten: waarom gaan mensen de straat op in Minsk en andere steden en wie zijn deze mensen? Wat willen ze precies? Waarom zijn ze bereid hun vrijheid, hun gezondheid en zelfs hun leven op het spel te zetten? Waarom zijn het er vele tienduizenden, waarschijnlijk meer? En waarom gebeurt dit in Wit-Rusland, naar het schijnt een ongewoon vreedzaam en stabiel land, met sterke historische tradities van antifascisme en van vriendschap met Rusland?

Alvorens antwoorden op deze vragen te suggereren, wil ik graag benadrukken dat ik deze regels niet schrijf als een gewone toeschouwer. Mijn vaderland was en is de USSR, waarvan Wit-Rusland een onlosmakelijk onderdeel is. Dit zijn de regels van iemand die veel kameraden heeft in Minsk, en voor wie het lot van Wit-Rusland geen kwestie is van persoonlijke onverschilligheid.

En dan nu de essentie.

Wit-Russisch kapitalisme

De kern van de huidige problemen van het land wordt gevormd door de eigenaardigheden van het sociaaleconomische en politieke systeem ervan. De afgelopen decennia is in Wit-Rusland een geheel eigen model van semi-perifeer kapitalisme ontstaan – een systeem waarin de economische en politieke macht in wezen niet bij het particuliere kapitaal ligt, maar wel bij een bureaucratisch-paternalistisch staatsapparaat, waarvan het symbool (maar niet de eigenaar) Loekasjenko is.

In tegenstelling tot de situatie in de Russische Federatie en de meeste andere landen van het Gemenebest van Onafhankelijke Staten is het grootschalige oligarchische kapitaal in Wit-Rusland slechts zwak ontwikkeld en is het in haar relatie met het staatsapparaat voor het grootste deel ondergeschikt. De elementen van het privékapitaal die niet verweven zijn met de bureaucratie onderwerpen zich dan ook aan de functionarissen en brengen hulde aan hen. Het is belangrijk op te merken dat deze ondergeschiktheid niet alleen economisch van aard is, maar ook administratief, politiek en zelfs cultureel-ideologisch. Dit geldt zowel voor kleine, middelgrote als grote ondernemingen (de situatie in Rusland is vergelijkbaar, maar hier domineert de klasse die het kapitaal bezit gezamenlijk de staat, terwijl in Wit-Rusland het omgekeerde het geval is).

Het is veelzeggend dat de staat in Wit-Rusland tegelijkertijd paternalistisch en bureaucratisch-kapitalistisch is. In de eerste plaats besteedt de staat een aanzienlijk deel van zijn middelen aan het behoud van de industrie, het platteland, de infrastructuur en de bevolking. In de tweede rol onderwerpt en exploiteert de bureaucratie, vermengd met het kapitaal, de meerderheid van de werkende bevolking op zowel economisch als administratief-politiek gebied en treedt zij op als een staatskapitalist.

De arbeidersmeerderheid

Het belangrijkste punt hier is dat in Wit-Rusland de werkende mensen (ik gebruik dit concept, dat nu zo weinig gebruikt wordt, heel bewust), die nog niet zo lang geleden een relatief welvarend en veilig leven leidden, de kans is ontnomen om mens te zijn in plaats van slechts radertjes in een machine, delen van een gedepersonaliseerde, gehoorzame massa. Ze zijn beroofd van de mogelijkheid om individuen te zijn, onderworpen aan het economische, politieke en culturele leven. In de plaats daarvan zijn ze herleid tot passief gehoorzame objecten van de dienstverlening (met aanhalingstekens, en zonder) van ‘Papa’ Loekasjenko.

Het is ook waar dat de ‘welvaart’ van de meeste Wit-Russische arbeiders in de afgelopen tijd totaal relatief is geworden: de economische en sociale ontwikkeling is vertraagd, terwijl de sociale ongelijkheid is toegenomen.

Het resultaat is een heimelijke bereidheid van de meeste gewone Wit-Russen om de protesten te steunen. Tegelijkertijd is er ook de angst om de relatieve stabiliteit van hun paternalistisch gegarandeerde bestaan te verliezen. Vandaar het standpunt dat tot voor kort door het grootste deel van de arbeiders van het land impliciet omarmd werd: voor verandering, maar niet voor het liberale kapitalisme, en dus zolang er geen alternatief is, is het beter dat Loekasjenko blijft.

In de loop van de protesten heeft Loekasjenko’s exclusieve afhankelijkheid van geweld de situatie echter niet alleen met de dag, maar ook met het uur veranderd. De ‘gewone’ burgers zijn wakker geworden en beseffen dat paternalisme niet alleen stabiliteit, maar ook stagnatie met zich meebrengt. Ondertussen gaat het kapitalisme, zelfs in haar paternalistisch-bureaucratische variant, gepaard met uitbuiting en onderwerping…

De oppositie: wie en waarom

Het fundamenteel kapitalistische karakter van de Wit-Russische samenleving bevordert de oriëntatie van de meerderheid van de bevolking, met name de jeugd (en nog meer de ‘elite’-jongeren), op het liberaal-consumentale waardensysteem dat de wereld in de eenentwintigste eeuw domineert.

(Als belangrijke uitweiding zou ik willen opmerken dat dit waardensysteem vaak, ten onrechte, wordt omschreven als ‘Westers’. Het is echter geen westers systeem; het is een wereldwijd systeem van belangen en waarden die worden gevormd door het mondiale kapitaal, ook al ligt de oorsprong ervan in het Westen en heeft het een ‘verblijfsvergunning’ verkregen in het Oosten).

De eerste plaats in dit waardensysteem wordt ingenomen door zelfverrijking, wat rechtstreeks verband houdt met de consumptie van prestigemerken, met het ‘deel uitmaken van de trend’, en met individualisme – dat wil zeggen, met alles wat de basis vormt van de ideologie en de psychologie van het neoliberalisme. In het paternalistisch-kapitalistische Wit-Rusland worden deze doelen van de jongeren enerzijds gecultiveerd (door het kapitalisme) en anderzijds geblokkeerd (door het bureaucratische paternalisme). Het resultaat is een tegenstrijdigheid die tot een explosie heeft geleid. Daaraan gekoppeld is de positie van een belangrijk deel van de midden- en kleinburgerij, maar ook van freelance professionals en van al diegenen die zichzelf (ten onrechte, voor het grootste deel!) beschouwen als de eigenaars van een substantieel ‘menselijk kapitaal’. Deze laatste groep is vooral kenmerkend voor jongeren uit de grote steden die een Westerse opleiding hebben genoten.

(Ik zal me een andere belangrijke uitweiding veroorloven: in het Wit-Rusland van Loekasjenko heeft het in wezen kapitalistische onderwijssysteem altijd de jongeren opgeleid volgens de voorschriften van de Verenigde Staten, of het nu gaat om economie, management, filosofie of politieke wetenschappen).

Verder stel ik vast dat er geen gelegenheid is voor zelfexpressie of voor kritiek op het bestaande systeem.

Dit alles in de context van een objectief gezien onvermijdelijke economische, informatieve en culturele vermenging met het mondiale politiek-economische kapitaal (het ‘Westen’).

Als gevolg daarvan zijn de bovengenoemde sociale lagen, die de zogenaamde ‘middenklasse’ in de grote steden omvatten (in werkelijkheid zijn dit de bovenste 15 tot 20 procent van de bevolking), voor het overgrote deel opgekomen om het verzet tegen het Loekasjenko-systeem te vertegenwoordigen. Deze mensen zijn verre van een meerderheid in het algemeen, maar ze zijn wel actief op politiek en informatief gebied.

Hier stuiten we op een andere factor: de bureaucratie – ver afstaand van het eigenlijke leven, van de belangen en problemen van het volk en van het land als geheel en niet onderworpen aan de controle van de burgers – is onvermijdelijk ‘dom geworden’, en heeft ook intellectueel gezien verloren ten aanzien van de oppositie. Het resultaat is dat de demonstranten in de meeste gevallen ook de informatie- en communicatieoorlog over de autoriteiten winnen. Deze laatste hebben hierop gereageerd met een toenemende mate van brute kracht, waardoor het aantal van hun tegenstanders alleen maar toeneemt…

De externe factor

Tot slot moeten we ook rekening houden met de externe factor. Wit-Rusland wordt in het noorden en het westen begrensd door lidstaten van de EU (met de VS achter zich), in het zuiden door Oekraïne en in het oosten door Rusland (en China, in politieke, zo niet in geografische zin).

In haar strijd voor Wit-Rusland als economisch, politiek en militair bruggenhoofd treedt het ‘Westen’ krachtig op: tegenover de gewone Wit-Russen, vooral de jongere, zet het niet alleen geld en gesofisticeerde politieke technieken in, maar vooral moderne methoden van culturele, ideologische en informatieve manipulatie. Het ‘Oosten’ verliest, handelt zwak en gebruikt verouderde methoden. Het probeert de problemen waarmee het geconfronteerd wordt uitsluitend op te lossen op het vlak van persoonlijke relaties tussen leiders, met economische deals en met operaties door geheime politiediensten.

De som van dit alles geeft een antwoord op de vraag welke mensen zich bij de protesten aansluiten en waarom.

De barricades van het protest

De bron van de huidige protesten is de objectieve afwijzing van het bestaande Wit-Russische economische en politieke systeem door de meerderheid van de zogenaamde ‘middenklasse’, die met informatieve en organisatorische steun van het ‘Westen’ geleidelijk aan het punt van openlijke strijd heeft bereikt. Toegevoegd aan de bereidheid van deze laag om de straat op te gaan, zijn extra factoren, dier dit alles nog versterken – het nationalistisch sentiment, geld, provocaties en het werk van politieke en andere specialisten. Het protest heeft daardoor het kookpunt bereikt.

Wie staat er nu aan de andere kant van de barricades? Het is duidelijk dat dit het staatsapparaat en zijn dwangmachine zijn.

Hoe zit het met de meerderheid van de arbeiders?

Voorlopig (deze tekst is op 12 augustus geschreven) blijven de meesten van hen aan de zijlijn staan en weigeren zij rechtstreeks deel te nemen aan de protesten, omdat zij zich half bewust zijn van het feit dat voor de werkende bevolking van Wit-Rusland een overwinning voor de neoliberale oppositie op een erger kwaad zou uitdraaien dan wanneer het bestaande systeem zou zegevieren. Laat ik dit verduidelijken: de arbeiders, de boeren, de leraren en het medisch personeel van Wit-Rusland zullen hun politieke vrijheid winnen niet als een geschenk cadeau krijgen van het neoliberale systeem.

In het beste geval zullen zij formele concessies verkrijgen, die de totale manipulatie van de publieke opinie door het mondiale bedrijfsleven en zijn politieke vertegenwoordigers verhullen. In het slechtste geval zullen ze eindigen onder de dictatuur van nationalisten met pro-fascistische neigingen. Economisch gezien zal de arbeidersmeerderheid (inclusief de naïeve jonge demonstranten) niets van het neoliberalisme ontvangen, behalve de inperking van de reeds schaarse sociale voordelen en de mogelijkheid om zichzelf te transformeren van een paternalistisch verdedigd proletariaat (hoewel een zonder politieke rechten) in een verpauperd, politiek ongeorganiseerd precariaat, dat dient als een perfect voedingsmiddel voor nationalisme en dictatuur.

Maar dat is nu. Als het onderdrukkingssysteem groeit en zichzelf in stand houdt (en deze tendens is aangeboren in een repressief staatssysteem dat niet onder de controle van de burgers staat), zal de golf van protesten ook ‘gewone’ Wit-Russen gaan omvatten. Of ze het nu leuk vinden of niet, ze zullen begrijpen dat het bestaande regime bereid is om zonder onderscheid represailles tegen iedereen te nemen en dat het onmogelijk is om dit te tolereren.

Op dat moment zal de meerderheid van het Wit-Russische volk, dat ondanks al haar geduld onbevreesd is als het woedend wordt, in alle ernst in opstand komen…

Postscriptum

“Wit-Rusland, ons eigen lieve land…” – de woorden komen uit een oud lied – is een deel van ons verleden, maar niet alleen van ons verleden. Het is een deel van het lot, van een lot waarvan de kern niet alleen de overwinning in de grote oorlog tegen het fascisme is, maar ook van creatieve activiteit. Bovendien gaat het om een creatieve activiteit die zelfs onder de meest monsterlijke omstandigheden, en op basis van eigen initiatief en zelforganisatie, wordt uitgeoefend.

Een voorbeeld daarvan is de partizanenbeweging. Juist hier heeft Wit-Rusland voor iedereen een voorbeeld gegeven van hoe een volk tegen een vijand kan strijden. Het was niet toevallig dat in Minsk, op de straten en pleinen waar nu de gevechten plaatsvinden, de eerste parade van de Grote Patriottische Oorlog plaatsvond – een demonstratie en parade van dertig partizanenbrigades, die enkele uren duurde, op 16 juli 1944. De volgende dag werden 57.000 gevangengenomen Duitse officieren en troepen door de straten van Moskou geleid en het asfalt werd gewassen nadat ze waren gepasseerd…

Aleksandr Vladimirovitsj Buzgalin is doctor in de economische wetenschappen, hoogleraar aan de Moskouse financieel-juridische universiteit (MFYuA). Hij kan gecontacteerd worden via buzgalin@mail.ru 

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Links International Journal of Socialist Renewal . Nederlandse vertaling: Paul Van Pelt.