Wereldwijd slagen regeringen er niet in mensen te beschermen tegen het coronavirus. Na de revolutie van 1917 in Rusland vormde tyfus een grote bedreiging. Door het nemen van revolutionaire maatregelen wisten gewone mensen de verspreiding van de ziekte een halt toe te roepen.

Hoe zou een maatschappij die een revolutie heeft doorgemaakt omgaan met een pandemie? Het Rusland van 1917 geeft ons daar een idee van. In oktober van dat jaar kwam de arbeidersklasse, geleid door de bolsjewistische partij, aan de macht. Ze werd meteen geconfronteerd met uitbraken van ziektes als cholera, pokken en Spaanse griep. Maar de grootste dreiging kwam van tyfus.

Deze ziekte wordt verspreid door de klerenluis. Dit insect leeft in de kleding van mensen en gedijt onder slechte hygiënische omstandigheden. De Eerste Wereldoorlog was een ideale voedingsbodem voor de luizen, die in de uniformen van soldaten gingen zitten.

In 1919 zou Vladimir Lenin tijdens een bijeenkomst hebben gezegd: ‘Alle aandacht voor dit probleem, kameraden. Of de luizen verslaan het socialisme, of het socialisme verslaat de luizen.’

Dat was geen gemakkelijke opgave. Rusland was een onderontwikkeld land en de burgeroorlog had de meeste industrie verwoest. De Russische maatschappij, die werd bestuurd door arbeidersraden of sovjets, ging de uitdaging aan. De gezondheidszorg was genationaliseerd onder arbeiderscontrole en was nu gratis. Dat was cruciaal voor het maken van een plan om de tyfus te bestrijden. De belangrijkste taak was een grootschalige uitbreiding van de gezondheidszorg.

De Noorse journalist Jakob Friis reisde midden in de pandemie naar Rusland en interviewde dr. Pervoechin, die verantwoordelijk was voor medicijnen. Die vertelde hem: ‘Door de nationalisatie van de apotheken worden schaarse voorraden medicijnen eerlijk verdeeld. Ondanks alle moeilijkheden is de gezondheidssituatie het afgelopen jaar verbeterd. Er zijn nieuwe medicijnenfabrieken geopend en grote voorraden geconfisqueerd bij speculanten. Geen enkele kapitalistische regering had de volksgezondheid zo goed kunnen beschermen.’

Van onderuit

Veel uit het verslag van Friis’ is bevestigd door een artikel uit 1993 van de Amerikaanse onderzoeker K. David Patterson: ‘In november 1919 behandelden desinfectieteams in de treinstations van Moskou dagelijks 40.000 tot 50.000 mensen. Uit- eindelijk regelde de Sovjetregering 250.000 bedden voor tyfuspatiënten en zette 300 isolatie- en desinfectieposten op langs spoorwegen en vaarwegen. In het leger werden honderden baden desinfectie-ploegen opgezet om de soldaten te ontluizen. Hierbij werden zoveel luizen gedood dat de vloer in een desinfectieruimte van het Rode Leger werd bedekt met een zes centimeter dikke laag dode luizen.’

De maatregelen werden niet van boven opgelegd, maar doorgevoerd door een netwerk van arbeidersorganisaties. Al in 1918 werden er in steden en dorpen Arbeiderscomités ter Bestrijding van Epidemieën opgericht. Zij inspecteerden gebouwen, gaven voorlichting, deelden zeep uit, verspreidden wetenschappelijke informatie en bestreden de luizen. In 1920 schreef Nikolai Semasjko, de hoogste functionaris voor volks- gezondheid: ‘We kunnen zonder overdrijving stellen dat de tyfus- en cholera-epidemieën vooral verslagen zijn door de hulp van de arbeiders- en boerencomités.’

Enkele dagen voordat hij zelf in 1920 aan tyfus overleed, schreef de revolutionaire journalist John Reed: ‘De bewuste politiek van de Geallieerden om levering van medicijnen aan Rusland te blokkeren, kostte duizenden mensenlevens. Desondanks wist het Volkscommissariaat voor Volksgezondheid een enorme gezondheidssector op te bouwen, een netwerk van medische afdelingen onder controle van de plaatselijke sovjets overal in Rusland, op plaatsen waar voorheen nog nooit een dokter was geweest.’

Te midden van oorlog en hongersnood bestreden de bolsjewieken epidemieën met een beleid dat wetenschappelijker, effectiever en democratischer was dan dat van de rijkste landen een eeuw later. Daarom vechten we ervoor het kapitalisme van armoede en pandemieën te vervangen door socialisme.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op socialisme.nu.