In 2007 werd Walden Bello gekozen in het Huis van Afgevaardigden van de Filippijnen als vertegenwoordiger van de Akbayan Citizens’ Action Party. Hij nam voor het einde van zijn derde termijn ontslag uit protest tegen het beleid van president Benigno Aquino III. Hij is nu kandidaat voor vice-president van de Filippijnen samen met presidentskandidaat Leodegario ‘Ka Leody’ Quitain de Guzman. Ashley Smith interviewde hem over zijn campagne en de politiek in de Filipijnen.

Ashley Smith: Ik heb uw campagne voor het vicepresidentschap met grote belangstelling gevolgd. Waarom heeft u besloten zich kandidaat te stellen? Wat is de aard van uw kandidatuur en verkiezingsprogramma? Wie zijn de kandidaten tegen wie u het opneemt?

Walden Bello: Ik werd aanvankelijk gepusht om me kandidaat te stellen voor het presidentschap. Ik wilde dat eigenlijk niet, omdat ik vond dat een jonger en energieker iemand dat zou moeten doen. Ik ben 76! Ik was dus erg blij toen de prominente vakbondsleider Ka Leody besloot zich kandidaat te stellen voor het presidentschap onder auspiciën van Laban ng Masa, wat zich laat vertalen als Volksstrijd. Ik steunde hem volledig. Toen vroeg hij me of ik me kandidaat wilde stellen als zijn  vicepresident. Ik heb erover nagedacht en besloten om ervoor te gaan.

We strijden tegen wat wij noemen de As van het Kwaad. Nu weet ik dat deze term van George Bush komt. Hij gebruikte dat etiket voor de verkeerde mensen, maar wij gebruiken het voor de juiste mensen: presidentskandidaat Bongbong Marcos, de zoon van onze beruchte dictator Ferdinand Marcos en vice-presidentskandidaat Sara Duterte, de dochter van onze huidige autoritaire president Rodrigo Duterte.

Deze twee zijn de slechtst denkbare combinatie van politieke figuren in de Filipijnen. We zijn van mening dat je hen niet kunt verslaan door je alleen maar te verzetten tegen hun autoritaire optreden en te waarschuwen voor het gevaar van de terugkeer van de dictatuur en het daarbij te laten. Je moet de mensen een visie op de toekomst geven en een beleid dat breekt met het neoliberalisme.

Dat is onze strategie om de bijzondere geschiedenis van ons land te boven te komen. In de jaren zeventig en tachtig hadden we de dictatuur van Marcos. Met de People Power Revolution in 1986 zijn we daar vanaf gekomen en hebben we de formele democratie verworven. In die tijd was er veel hoop in het land.

Maar nu, meer dan 30 jaar na de revolutie, is de teleurstelling groot. We hadden een elitedemocratie die eigenlijk gereduceerd was tot een concurrentiestrijd tussen de rijken om de controle over de staat en de bescherming van hun rijkdom. Dus nu is de ongelijkheid extreem. Ongeveer 30 procent van de bevolking leeft in armoede.

Geconfronteerd met dat feit zien veel mensen de enige manier om hun leven te verbeteren in het verlaten van het land om te gaan werken in de Verenigde Staten, Australië of het Midden-Oosten. Ze hebben het gevoel dat ze geen hoop hebben op een betere toekomst in eigen land. Wij denken dat je hen geen hoop kunt geven, tenzij je een analyse hebt over wat er met onze revolutie is gebeurd, waarom die niet aan de verwachtingen van het volk heeft voldaan.

Een deel van het antwoord is corruptie, wat op veel andere plaatsen een probleem is, ook in de Verenigde Staten. Maar de dieper liggende oorzaken hebben te maken met de manier waarop het neoliberalisme in de Filipijnen is geïmplementeerd. De economie is volledig opengesteld, de industrie is vernietigd en de landbouw is verwoest. Dat heeft geleid tot het verlies van banen in de industrie en op het land. Er zijn weinig banen voor mensen, dus worden ze migrerende arbeiders in andere landen.

Daarom hebben we een verkiezingsprogramma van 25 punten opgesteld, dat we inmiddels tot 13 punten hebben teruggebracht. Het pakt in feite alle belangrijke problemen van het land aan.

Om de ongelijkheid aan te pakken, stellen we voor de rijken te belasten met 3 procent van hun inkomen. We vragen om een einde aan het neoliberale beleid, zodat we de industrie en de landbouw nieuw leven kunnen inblazen.

We stellen ook beleid voor om de mensenrechten te verdedigen. We willen ervoor zorgen dat Duterte, onze aftredende president, wordt vervolgd voor het doden van 27.000 mensen in zijn verschrikkelijke oorlog tegen drugs. We hebben zelfs opgeroepen om hem naar Den Haag te brengen op beschuldiging van misdaden tegen de menselijkheid. Hij verdient een cel in Den Haag.

Ons programma bestrijkt een heel scala van onderwerpen. We hebben het een democratisch socialistisch alternatief voor de Filipijnen genoemd. Sommige mensen zijn nog steeds bang voor het socialisme, maar we proberen uit te leggen dat het gaat om democratisch beheer van de economie door middel van participatieve democratie. Dat is de hoopvolle toekomst die we bieden.

Wat onze andere rivalen betreft, is er de huidige vicepresident van de Filippijnen, Leni Robredo, die zich kandidaat stelt voor de Liberale Partij. Ze belooft alleen de democratie te beschermen en de mensenrechten te beschermen. Maar dat is op dit moment niet voldoende. Ze geeft geen antwoorden op de diepe ongelijkheden in onze samenleving. En dan is er nog de bokser Manny Pacquiao, die tegen de mensen zegt: ‘Als ik het als bokser kan, kan ik u ook rijk maken.’ Er zijn nog anderen, maar de grootste bedreiging is toch echt de As van het Kwaad Marcos-Duterte.

Het is een zware strijd. Het Duterte-Marcos-team maakt gebruik van het feit dat bijna de helft van de Filipino’s ofwel kleine kinderen waren tijdens de periode van de staat van beleg in de jaren zeventig ofwel daarna zijn geboren. Ze begrijpen niet hoe erg de dictatuur van Marcos was. Dus maakt de As van het Kwaad handig gebruik van het internet om mensen ervan te overtuigen dat dat de gloriejaren van de Filipijnen waren, in plaats van een nachtmerrie.

Marcos heeft op dit moment in de peilingen ongeveer 50% van de stemmen. Dat is heel beangstigend. Er zijn veel Filipino’s die denken dat hij de redder van het land is. Hij heeft niet eens een programma, behalve dat hij de gloriejaren onder zijn vader gaat terugbrengen.

Het is een zware strijd, maar we zijn in de districten campagne aan het voeren zoals we nog nooit campagne hebben gevoerd. We bekritiseren de elitedemocratie en leggen uit waarom die er niet in is geslaagd onze nationale problemen op te lossen. En we leggen uit waarom een terugkeer naar een autoritair bewind onze situatie zal verergeren. We stellen het democratisch socialisme voor als een oplossing die de democratie in stand houdt, onze economie heropbouwt en de ongelijkheid overwint.

Welke rol heeft het Nationaal Democratisch Front van de Communistische Partij in deze periode gespeeld?

Ze blijven een kracht in de Filipijnse politiek met, naar ik meen, zeven leden in het Huis van Afgevaardigden. In het begin van Duterte’s bewind in 2016 steunden ze hem. Ze namen dat standpunt in in de hoop een vredesakkoord veilig te stellen om een einde te maken aan hun militaire confrontatie met de staat.

Ik vond dat een slechte strategie en heb dat toen ook gezegd. Ze waren bereid alles op te offeren, inclusief hun bewering dat ze tegen het fascisme vochten, om in de gunst van Duterte te komen. Maar in plaats daarvan sloot hij een verbond met de politie en het leger en nam een zeer sterke anticommunistische houding aan.

Hij intensiveerde de anti-oproer politiek en de onderdrukking van alle progressieve activisten. Dat leidde ertoe dat het Nationaal Democratisch Front in de oppositie belandde, waar het de afgelopen jaren heeft gezeten, na hun aanvankelijke verkeerde steun aan Duterte.

Wat is het karakter van het Duterte-Marcos blok? U hebt het omschreven als autoritair. Anderen beschrijven het soms als fascistisch. Dat heeft geleid tot een debat op links over hoe het te verslaan. Sommigen concluderen dat u zich bij de liberalen moet aansluiten om ze te verslaan en niet met een programmatisch alternatief moet komen van het soort dat u zojuist hebt beschreven. Wat is uw reactie op deze argumenten?

Het Duterte-Marcos blok is een voorbeeld van de autoritaire en dictatoriale erfenissen van hun vaders. Ze beweren dat de democratie een puinhoop van het land heeft gemaakt en dat er sterk leiderschap nodig is. Natuurlijk spreken ze niet van dictatuur of autoritarisme, maar het is vrij duidelijk dat ze denken dat dat de oplossing is. Daarom hebben we ze de As van het Kwaad genoemd. Het geeft de mensen een idee van het gevaar dat ze vormen.

Er zijn mensen die zeggen dat je je moet verenigen met de liberalen. Je moet Leni Robredo steunen om ze te verslaan. Maar wij zeggen dat je ze niet kunt verslaan door alleen de elite-democratie en de rechten zoals die nu bestaan te verdedigen. Dat is alles waar Robredo voor staat. Maar dat systeem heeft gefaald en dat falen heeft de As van het Kwaad voortgebracht. Als we willen winnen en het moeras dat autoritair rechts voortbrengt willen laten opdrogen, moeten we de fundamentele problemen van ongelijkheid en armoede aanpakken en een alternatief bieden voor het beleid dat deze problemen heeft veroorzaakt.

Het voeren van een liberale campagne ter verdediging van de elite-democratie is een doodlopende weg. Die zal niet winnen. Daarom heeft Robredo volgens een geloofwaardige peiling 20 procent van de stemmen, ver achter Marcos en Duterte met 50 procent. Die peiling is net gedaan toen onze campagne van start ging. Dus het feit dat we nog geen procent haalden baart ons zorgen, maar we zijn nog maar net begonnen.

Ik denk dat we in staat zullen zijn om die cijfers omhoog te krijgen. We willen er helemaal voor gaan en winnen. Dat is waarom we meedoen. Ik denk dat we kunnen winnen. We hebben nog [een paar] maanden te gaan en we zijn heel hard campagne aan het voeren.

De meeste mensen denken dat we op z’n minst goed voor de dag zullen komen. Als we niet winnen, zullen we de basis leggen voor toekomstige verkiezingscampagnes op basis van ons programma. Kijk naar wat er gebeurd is met de Roze Golf in Latijns-Amerika. Lula heeft ongeveer drie keer meegedaan voordat hij uiteindelijk won in Brazilië. Hetzelfde is waar in andere landen waar links is doorgebroken en nationale verkiezingen heeft gewonnen.

Laten we even afstand nemen van de electorale arena. Wat is de bredere politieke en economische conjunctuur in de Filipijnen? Wat is de stand van zaken met betrekking tot de pandemie en de economie?

De Filipijnen waren een van de ergste plaatsen om te verblijven tijdens de covid-19 pandemie. Iets in de orde van 47.000 mensen zijn gestorven. In absolute cijfers waren de aantallen veel hoger in de Verenigde Staten, Brazilië en India. Maar er hadden meer levens gered kunnen worden als de regering de pandemie niet van bovenaf, op militaristische wijze, had aangepakt.

Het was niet participerend. De mensen werden niet betrokken bij het proces om de crisis aan te pakken. De regering begreep dus niet wat er aan de hand was en gaf de mensen niet de kans om te beïnvloeden hoe de pandemie werd aangepakt.

We hadden veel moeite om vaccins te krijgen. Er was ook een enorme corruptie bij de aankoop van persoonlijke beschermingsmiddelen. De pandemie had een verwoestend economisch effect. In Zuidoost-Azië hebben de Filipijnen het grootste verlies van ons bruto binnenlands product geleden.

Er is een absoluut gebrek aan coördinatie bij het verstrekken van sociale voorzieningen aan mensen, ondanks het feit dat er een aantal begrotingsmaatregelen zijn goedgekeurd om dat te doen. Veel mensen wachten nog steeds op geld. De pandemie heeft de slechte economische situatie in het land voor de meeste mensen dus nog veel erger gemaakt.

Natuurlijk is de economie van de Filipijnen gegroeid, maar op neoliberale voorwaarden. Er is geen herverdeling van rijkdom. De landhervorming is tot stilstand gekomen. Alle overheidsinkomsten die zijn binnengehaald zijn afkomstig van accijnzen, die gericht zijn op de middenklasse en de armen. Maar er is een enorme belastingontduiking, vooral onder de rijken, dus de mensen zijn echt heel ontevreden.

In deze omstandigheden is het begrijpelijk dat mensen naar een man als Marcos kijken. Hoewel hij geen inhoudelijk programma heeft, zegt hij: ‘Als u op mij stemt, kunnen we terugkeren naar de jaren toen mijn vader president was, toen we in Azië aan de top stonden. Ik ga dat tijdperk terugbrengen.’

Het is heel begrijpelijk dat hij aantrekkingskracht heeft, gezien de wijdverspreide ontgoocheling over elitedemocratie en neoliberalisme. Mensen kunnen zich tot sterke leiders wenden in de hoop op oplossingen. Duterte gebruikte die aanpak in 2016. Hij was een one-issue kandidaat en voerde een law and order-campagne met de belofte de misdaad onder controle te krijgen en drugsdealers en zelfs gebruikers te doden. Mensen zagen hem als de sterke leider die de problemen van de elitedemocratie kon oplossen.

Laten we het, gezien dit politieke scenario, hebben over de sociale strijd en de klassenstrijd in het land. Hebben deze omstandigheden geleid tot protesten en stakingen? Hoe verhouden de Filipijnen zich tot andere Aziatische landen waar sprake is van een toenemende strijdbaarheid van onderop?

Ik wou dat ik kon zeggen dat de penibele situatie van het land tot meer strijd heeft geleid. De laatste paar jaar is het aantal stakingen gedaald. De vakbonden hebben zich geconcentreerd op het beëindigen van contractarbeid en het eisen van vaste banen.

Sinds de jaren negentig is de arbeidersbeweging eigenlijk heel zwak. Toen Duterte aan de macht kwam, beloofde hij dat hij een einde zou maken aan de contractarbeid. De arbeidersbeweging drong er bij hem op aan deze belofte na te komen, maar het management en het kapitaal oefenden druk uit op hem om de belofte te breken, wat hij ook deed.

Ka Leody, mijn running mate, is een belangrijke leider van de arbeidersbeweging. Hij en ik hebben onlangs een staking van contractarbeiders tegen Handyman Enterprises gesteund, die een grote overwinning heeft opgeleverd.

Werknemers van dergelijke bedrijven willen een vaste baan, in plaats van contractarbeid. Deze bureaus huren werknemers in, doen zich voor als hun werkgever en zetten ze in bij andere bedrijven. Eenmaal daar, heeft het uitzendbureau geen controle meer over hun rechten. Ze zijn gewoon een dekmantel voor het management om vakbonden te kunnen opdoeken of buiten hun bedrijf te houden. De arbeidersbeweging is door deze omstandigheden in het nauw gedreven.

Op het platteland hebben we het afgelopen decennium een grote impuls gegeven aan de landbouwhervorming. Ik was een van de belangrijkste auteurs van een groot wetsvoorstel voor landhervorming in 2009. Talrijke gevechten hebben de basis gelegd voor het wetsvoorstel. Het zorgde voor meer land voor arme boeren. Maar in de afgelopen jaren hebben de grote landeigenaren zich tegen deze inspanningen verzet en veel land teruggenomen.

Het niveau van de strijd blijft dus vrij laag. Een groot deel van het probleem is dat veel van de beste activisten uit de gelederen van de arbeiders die voor het broodnodige leiderschap zouden kunnen zorgen, naar het buitenland zijn vertrokken.

In feite voert de regering een arbeidsexportbeleid. Dit beleid heeft twee schadelijke gevolgen. Ten eerste biedt het de illusie dat je je situatie kunt verbeteren door naar het buitenland te gaan – en dat dat de enige manier is waarop je je situatie kunt verbeteren. Ten tweede zuigt het veel van de mensen die belangrijke activisten zouden zijn het land uit.

Tegen de achtergrond van dit lage niveau van strijd, hebben we geprobeerd eisen naar voren te brengen in de hoop de sociale- en klassenstrijd nieuw leven in te blazen.

Ik zou graag willen dat u hier iets meer over zegt. We hebben internationaal het verschijnsel gezien dat links de zwakte van bewegingen compenseert door campagne te voeren voor de verkiezingen. Maar als ze een nationale functie krijgen, worden ze geconfronteerd met binnenlandse en internationale beperkingen die hervormingen blokkeren. Dus, hoe vermijdt u die valstrik van in de regering komen zonder de massale steun om sociale hervormingen door te drijven?

Dat is een belangrijke uitdaging. We hebben geprobeerd hierop te anticiperen door gebieden te bezoeken waar er uitzicht is op massale strijd. We benadrukken dat je electorale- en massastrijd moet combineren om echte verandering teweeg te brengen. We hopen dus dat onze campagne helpt de strijd in het land nieuw leven in te blazen.

Ik moet zeggen dat we in een experimenteel stadium zijn over hoe we dit moeten doen. We weten welke valkuilen we moeten vermijden. Ik maakte deel uit van de sociaaldemocratische Akbayan Burger Actie Partij. Ik vertegenwoordigde haar in het Congres gedurende ongeveer zes jaar.

Akbayan sloot een alliantie met de Liberale Partij van Benigno Aquino III, die vóór Duterte aan de macht was. Ik dacht dat het op dat moment het juiste was om te doen, maar ik maakte duidelijk dat we ervoor moesten zorgen dat als de liberalen niet zouden reageren op de behoeften van de mensen of een beleid zouden voeren dat tegen hun belangen inging, we hen zouden bekritiseren of zelfs uit de alliantie zouden stappen. Maar uiteindelijk heeft de sociaaldemocratische partij zich ondergeschikt gemaakt aan de liberalen.

Het was een echte strijd waar ik persoonlijk bij betrokken was. Aquino hanteerde dubbele standaarden bij het uitvoeren van zijn anti-corruptie campagne. Hij ging achter zijn tegenstanders aan voor hun corruptie, maar tolereerde het onder zijn vrienden. Ik zei dat je dat niet kunt doen, want het zal elke geloofwaardigheid teniet doen en onze partij zou erdoor worden vernietigd.

Aquino nam ook een nieuw verdrag met de Verenigde Staten aan over militaire bases. Ik was hier erg fel tegen. Het kwam tot het punt dat ik meer tegen Aquino was dan zijn formele oppositie. Het breekpunt voor mij kwam toen de Verenigde Staten Aquino opdracht gaven een inval te doen bij iemand die door Washington als een belangrijke terrorist werd beschouwd. Dit resulteerde in de dood van 44 politieagenten die de inval uitvoerden.

Ik realiseerde me toen dat ik niet langer in deze alliantie met de liberalen kon blijven. Ik kon de corruptie, de samenwerking met de Verenigde Staten en de doden als gevolg van Aquino’s antiterroristische acties niet accepteren. Ik kon niet deelnemen aan de alliantie van de sociaaldemocratische partij met Aquino. Dus nam ik ontslag uit het Congres en zei tegen mijn partij dat ze iemand anders in mijn plaats moesten zetten. Ik denk dat dit het enige principiële ontslag is in de geschiedenis van het Congres van de Filippijnen.

Ik noem dit voorbeeld om te laten zien dat als progressieven niet oppassen, ze zich ondergeschikt kunnen maken aan liberalen en, voordat ze het weten, een aanhangsel van hun partij kunnen worden.

Wat er gebeurde was een tragedie. Daarom hebben we deze nieuwe coalitie, Volksstrijd, gevormd om deze ondergeschiktheid aan de liberale partij te vermijden en een echt alternatief voor hen en de As van het Kwaad te bieden.

Ik wil u meer vragen over de internationale dimensie van de campagne. U noemde zojuist als een van de kwesties de Amerikaanse militaire aanwezigheid op de Filipijnen. Het land bevindt zich midden in de toenemende rivaliteit tussen de Verenigde Staten en China om de hegemonie in de Aziatische regio van de Stille Oceaan. Het is duidelijk dat de Verenigde Staten de dominante macht zijn. Maar China probeert zijn positie in de regio uit te bouwen. Dat leidt tot conflicten tussen de twee.

De Filipijnen zijn in deze rivaliteit verstrikt geraakt omdat ze zelf aanspraak maken op eilanden en visgebieden waardoor ze in conflict komen met China. De Verenigde Staten hebben geprobeerd dit als wapen te gebruiken om de opkomst van China tegen te houden. Hoe heeft de Duterte-Marcos As van het Kwaad zich gepositioneerd in deze rivaliteit? Hoe positioneren de liberalen zich? Hoe benadert uw campagne deze kwesties?

Dat is een heel belangrijke vraag. De regering Aquino, die aan Duterte voorafging, sloot een totaal verbond met de Verenigde Staten. Dat is de traditie van de Liberale Partij en van Leni Robredo vandaag de dag.

Duterte positioneerde zich aanvankelijk als een bondgenoot van China. Hij wilde dat de investeringen binnenkwamen via het Zijderoute initiatief. Tegelijkertijd neigde hij naar China vanwege zijn wrok tegen Barack Obama, die hem had bekritiseerd vanwege mensenrechtenschendingen in zijn oorlog tegen drugs.

Duterte heeft verschillende dreigementen geuit om het bondgenootschap van de Filippijnen met de Verenigde Staten te beëindigen. Hij zei dat hij de overeenkomst inzake bezoekende strijdkrachten zou beëindigen. Ik schreef een artikel, waarin stond: ‘Hij mag dan de vleesgeworden duivel zijn, maar de Filippijnse leider Rodrigo Duterte begint het proces om een einde te maken aan meer dan 120 jaar koloniale onderwerping.’ Maar toen hij zijn dreigement moest waarmaken, deed hij het niet.

In onze campagne zijn wij vrij consequent geweest in het innemen van een kritische houding ten opzichte van zowel de Verenigde Staten als China en in het oproepen tot een vreedzame oplossing van het conflict. China beweert dat 90 procent van de Zuid-Chinese Zee aan het land toebehoort. Dat is een schending van de rechten van de vijf andere landen die aan de Zuid-Chinese Zee grenzen. En die claim klopt ook gewoon niet, want in Den Haag is een uitspraak gedaan waarin China’s aanspraken ongeldig zijn verklaard en daar zijn wij het mee eens.

Tegelijkertijd begrijp ik waarom China handelt zoals het doet. Het is omringd door VS bases in de hele regio. Washington heeft bases in Japan, Okinawa, Zuid-Korea en de Filippijnen, om er maar een paar te noemen. In werkelijkheid is de Zuid-Chinese Zee, ondanks haar naam, een Amerikaans meer.

De nieuwe militaire bases van China op de eilanden halen het nieuws. Maar wat het nieuws niet haalt, zijn alle bases en offensieve capaciteiten van de VS in de hele regio. Het heeft offensieve capaciteiten onder water, aan de oppervlakte en in de lucht die allemaal gericht zijn op China’s industriële basis in het zuiden.

De Verenigde Staten hebben ook een militaire strategie die er volledig op gericht is China in de eerste momenten van een oorlog lam te leggen. Gezien die realiteit kan je begrijpen waarom het China’s reactie was om te proberen zijn eerste gebiedsgrenzen uit te breiden en die eilanden op te eisen ten koste van de Filipijnen, Vietnam en anderen.

Dus, we zeggen dat China geldige, defensieve zorgen heeft. Zelfs het Pentagon geeft toe dat de houding van China defensief is. Maar, natuurlijk, probeert China zijn zorgen op de verkeerde manier op te lossen. Wat China zou moeten doen is praten met de Filipijnen en alle andere landen van de Associatie van Zuidoost-Aziatische Landen om te onderhandelen over een vreedzame oplossing.

Wij stellen voor de Zuid-Chinese Zee te demilitariseren en diplomatieke akkoorden te sluiten om ervoor te zorgen dat de rechten van alle landen worden geëerbiedigd, via onderhandelingen in een gemeenschappelijk collectief proces. Een dergelijke demilitarisering zou iedereen ten goede komen, behalve uiteraard de Verenigde Staten. Ik heb dit voorstel al een aantal keer gedaan, onder andere in de New York Times. Maar geen van de landen heeft enige stap in die richting gezet.

Daarom is het van groot belang dat het maatschappelijk middenveld in China, de Verenigde Staten en landen in de hele regio het initiatief nemen om het afglijden naar een confrontatie te stoppen. Het is een heel gevaarlijke situatie die zich, tegen ieders wil, tot een oorlog zou kunnen ontwikkelen. Er zijn Chinese en Amerikaanse oorlogsschepen en vliegtuigen die elkaar in de haren vliegen. Er zijn verschillende bijna botsingen geweest tussen hun gevechtsvliegtuigen.

Toen ik lid was van het Congres ging ik naar Vietnam. Ambtenaren vertelden me dat een aanvaring tussen schepen of vliegtuigen kon escaleren in een hogere vorm van conflict omdat er geen spelregels zijn. Het is gewoon een machtsevenwicht. En dat eindigt, zoals de Europese geschiedenis ons leert, meestal in een vreselijk conflict.

We zitten midden in het gevaarlijkste gebied van de wereld op dit moment. We hebben VS bases. Dus bij elk conflict zouden we er onmiddellijk in meegesleurd worden.

We zijn heel duidelijk dat we een vreedzame oplossing voor dit conflict willen en we eisen de totale demilitarisering van de regio. Tegelijkertijd hebben we nadrukkelijk gezegd dat China moet stoppen met het inpikken van die eilanden, met het militariseren van het gebied en met het lastigvallen van onze vissers.

Natuurlijk koesteren de Verenigde Staten graag het beeld van zichzelf als de verdediger van Filipijnse vissers en Filipijnse territoriale aanspraken. Ze gebruiken onze aanspraken alleen maar om hun bestaande hegemonie te ondersteunen. Wij willen daar een einde aan maken door te zeggen dat de Filippijnen een onafhankelijk buitenlands beleid moeten voeren. Dit land moet ophouden met het heen en weer slingeren tussen China en de Verenigde Staten. Wij willen een onafhankelijke positie innemen en pleiten voor vrede, demilitarisering en door onderhandelingen bereikte oplossingen voor geschillen in de hele regio.

Een laatste vraag die voortvloeit uit het internationalistische standpunt dat u zojuist hebt uiteengezet. Welke rol ziet u uw campagne internationaal spelen?

We zien onszelf als deel van internationaal links. We zijn geïnspireerd door de overwinningen in Latijns Amerika. Wij hebben Latijns-Amerika, zowel de mislukkingen in het verleden als de successen van het heden, van zeer nabij gevolgd. We zien onze campagne als een onderdeel van de internationale heropleving van het socialisme als alternatief.

We zijn ook geïnspireerd door de heropleving van het socialisme in de Verenigde Staten. We zijn geïnspireerd door Bernie Sanders, Alexandria Ocasio-Cortez en anderen. Uitgerekend in de Verenigde Staten is het socialisme populair! Dat komt deels omdat mensen als Sanders het als een aantrekkelijk alternatief hebben gepresenteerd.

Dus, we maken deel uit van deze internationale trend. We maken ook op verschillende andere manieren deel uit van een internationalistisch links. We maken deel uit van de wereldwijde stroming die pleit tegen de gevaarlijke rivaliteit tussen de Verenigde Staten en China. We maken deel uit van de internationale beweging om de klimaatverandering een halt toe te roepen.

Ten slotte maken we deel uit van de wereldwijde beweging tegen autoritarisme en fascisme. Het is een bedreiging op de Filippijnen en op veel andere plaatsen, van Brazilië tot de Verenigde Staten en India. We maken deel uit van de internationale verdediging van de democratie.

Je kunt dat niet doen door die verdediging te beperken tot alleen maar praten over verkiezingen en burgerlijke vrijheden. Je moet ook sociale en economische kwesties aanpakken. Daarom is de beste manier om de democratie te verdedigen, haar te verdiepen en de samenleving in de richting van een democratisch socialisme te sturen.

We willen dat deze boodschap aanslaat in de Filipijnen. Dat is nog niet gelukt en misschien lukt ons dat ook niet in de komende maanden of jaren, maar we hebben goede hoop dat de mensen zullen inzien dat ze zich niet langer moeten laten inpakken door autoritaire populistische figuren. We vertrouwen op hun vermogen om zich bewust te worden van hun eigen belangen. Dat is een zware strijd, maar ik denk dat het de strijd is die gevoerd moet worden.

Dus, ik hoop dat we winnen. Ik denk dat we op zijn minst een aanzienlijk percentage van de stemmen kunnen halen en de basis kunnen leggen voor meer strijd, zowel bij de stembus als in de samenleving. We doen er alles aan om ervoor te zorgen dat het democratisch socialisme het alternatief wordt dat het Filipijnse volk als het zijne beschouwt.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Tempest. Nederlandse vertaling: redactie Grenzeloos.