De Europese Commissie en vooral haar voorzitster Ursula von der Leyen waren afgelopen week de kop van Jut. Volgens inmiddels zowat iedereen zouden zij over de productie en de levering van vaccins slecht onderhandeld hebben met Big Farma: te traag, te voorzichtig, te zuinig, slecht onderhandeld, enzovoort.
Waar de Europese vaccinatiestrategie de legitimiteit van Brussel een boost moest geven, keert zich dit nu als een boemerang tegen haar.

Maar is schadenfreude wel op zijn plaats, ook al draagt men de EU niet in het hart? Was een race onder de 27 lidstaten om elk voor zich contracten af te sluiten met de farmaceutische industrie te verkiezen?

Al met al is de rol van de EU beperkt gebleven: in naam van de lidstaten werden gemeenschappelijke vooruitbetaalde bestellingen geplaatst bij een aantal farmaceutische bedrijven. De uiteindelijke beslissing over de aankoop en gans de verdere vaccinatiestrategie blijven een bevoegdheid van elk van de lidstaten.

Minder Europa?

Het is dus niet vanzelfsprekend uit de vaccinperikelen te besluiten dat Brussel in deze te veel macht naar zich heeft toegetrokken.

Als men de coronacrisis in zijn geheel bekijkt is dat zeker niet het geval. De paradox is eerder dat de EU er alles aan doet om de grenzen tussen de lidstaten open te houden, maar elke lidstaat verder haar eigen aanpak ontwikkelt van de coronacrisis. Die combinatie is niet echt houdbaar. Angela Merkel heeft al gedreigd de Duitse grenzen te sluiten als naburige lidstaten het virus niet krachtdadiger zouden aanpakken. Dat leidde tot meer Europees overleg. Dat lijkt inderdaad de keuze: ofwel elk voor zich, ofwel allemaal samen.

Maar gans het coronabeleid in handen van Brussel geven is ook niet vanzelfsprekend. Het volstaat te kijken naar de weerstand die de avondklok bijvoorbeeld in Nederland oproept, om zich de problemen voor te stellen als dergelijke avondklok door de EU werd opgelegd.

Meer of minder Europa in de coronacrisis? Nu is dat niet het echte probleem: alle lidstaten hebben immers boter op het hoofd. Allemaal hebben zij de teugels in naam van economische belangen te vroeg losgelaten, met als gevolg de derde coronagolf die Europa nu overspoelt. Maar het is toch zinvol na te denken over het samenspel tussen de lidstaten en de Europese instellingen in dergelijke crisis.

Coronapaniek

Een verklaring  voor de gespannen zenuwen die opspelen in de vaccincrisis zit in de toenemende paniek over het virus zelf. Het bewustzijn neemt immers toe dat de vaccins niet het einde van de tunnel betekenen, maar dat we integendeel afstevenen op een derde coronagolf {als gevolg van het halfslachtig coronabeleid tijdens de vorige golf…).

De zenuwen staan zo gespannen dat we op weg zijn naar een echte vaccinoorlog. Dat ging zo ver dat de Europese Commissie dreigt de export van in de EU geproduceerde vaccins tegen te houden. Daarbij werd zelfs even een streep gehaald door het protocol over Noord-Ierland in het Brexitakkoord, om de export van vaccins naar die vermaledijde Britten tegen te houden, maar dat bleek dan toch niet houdbaar.

De Franse president Emmanuel Macron was van zijn kant niet te beroerd om hoogstpersoonlijk in de media zijn twijfels uit te spreken over de effectiviteit van het Britse vaccin voor mensen ouder dan 65. Tot daar deze voorstanders van een open multilateraal wereldsysteem dat functioneert volgens regels. Overigens zijn de concurrenten natuurlijk geen haar beter, maar misschien wat minder hypocriet.

Het is ontnuchterend hoe in deze pandemie die wereldwijd enkel op solidaire wijze kan bestreden worden, van solidariteit met de dag minder sprake is. Aan de touwtjes van de poppenspelers van Big Farma vechten de poppetjes die onze leiders zijn elkaar de tent uit.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Ander Europa.