Adriana Guzmán maakt deel uit van Feminismo Comunitario Antipatriarcal de Bolivia (Antipatriarchaal Gemeenschaps Feminisme van Bolivia) en van Feministas de Abya Yala (Feministes van Moeder Aarde). Ze sloot zich samen met andere vrouwen aan bij de strijd in Bolivia tijdens de Gasoorlog in 2003, en zegt dat ze op straat heeft geleerd waar het patriarchaat over gaat en waarom het feminisme een belangrijk instrument is om andere manieren van leven voort te brengen. Claudia Korol interviewde haar.

Guzmán verzet zich momenteel tegen de opmars van milities die met veel plezier de inheemse wiphala-vlag verbranden op openbare pleinen, een gebaar van symbolisch geweld waarvan alleen al het vermelden hartverscheurend is. In dit interview beschrijft ze de staatsgreep en roept ze op om die te bestrijden en het verzet ertegen te steunen.

Hoe zou u de staatsgreep in Bolivia omschrijven?

Adriana Guzmán: We voelen ons diep geschokt door de overwinning van deze burgerlijke, militaire, fundamentalistische, kapitalistische* staatsgreep. De acties van de oppositie begonnen na de verkiezingen van 20 oktober toen Evo Morales beschuldigd werd van verkiezingsfraude nadat hij 10 procent meer stemmen had gekregen dan de tweede kandidaat Carlos Mesa. In sommige sectoren van de samenleving was er ontevredenheid over Evo’s herverkiezing. Wij bij Feminismo Comunitario Antipatriarcal zijn daar zelfkritisch over.

Wij denken dat het herkiesbaar stellen van Evo heroverwogen had moeten worden vanwege het belang van het creëren van ruimte voor andere leiders. Maar aan de andere kant was er ook wel een heleboel in te brengen tegen kandidaten van andere partijen. Carlos Mesa (een massamoordenaar en een van de verantwoordelijken voor het bloedbad tijdens de gasoorlog in 2003) was bijvoorbeeld kandidaat bij de verkiezingen. Als iemand die massamoordenaar is kandidaat kan zijn, waarom kan een ander dan niet voor een derde keer kandidaat zijn?

Wie zijn de hoofdrolspelers van de staatsgreep?

Aan de ene kant is er de oppositie onder leiding van Carlos Mesa die in ‘democratische’ termen getroffen zou zijn door de vermeende fraude. Hij was vice-president onder Gonzalo Sánchez de Lozada en was medeverantwoordelijk voor het bloedbad tijdens de gasoorlog. Hij was de laatste persoon die de politieke oppositie nog nog naar voren kon schuiven, een anachronistische oppositie zonder voorstellen … die na het jarenlange proces van verandering in puin lag. Partijen waarvan de namen niet eens meer bestaan, hebben zich verenigd en hebben Carlos Mesa als kandidaat opgevoerd. Dat is de ‘politieke oppositie’. Zij zijn de stemmen tegen de Movimiento al Socialismo (MAS).

Daarnaast zijn er fascistische rechtse groeperingen onder leiding van het Burgercomité van Santa Cruz, met Luis Fernando Camacho als voorzitter. Dat is een formatie die door de zakelijke elite in het leven is geroepen om gezamenlijk beslissingen te nemen en wetten te maken om hun belangen te verdedigen. Het Burgercomité vertegenwoordigt de zakelijke elite, de oligarchen, de landeigenaren en de partners van multinationale bedrijven in Oost-Bolivia.

Het oosten van Bolivia is in handen van landeigenaren, die hun land cadeau hebben gekregen van de dictatuur en die inheemse volken, migranten uit La Paz en andere departementen, Aymara en Quechua migranten, als hun knechten in dienst hebben genomen. Dat is de economische oppositie die aan het hoofd stond van deze staatsgreep. Luis Fernando Camacho is ook verbonden met de drugskartels. Hij is de zoon van een paramilitaire leider die de dictatuur heeft gediend. Dat is wat de mensen die deze staatsgreep leiden, vertegenwoordigen.

Sommige politieke sectoren noemen dit geen staatsgreep. Waarom karakteriseren jullie hem als zodanig?

Ten eerste omdat de staatsgreep sociale en politieke destabilisatie heeft nagestreefd door op verschillende plaatsen – gewapend met vuurwapens, helmen en schilden – terreur te zaaien met gewapende groepen. De staatsgreep heeft universitaire groepen, paramilitairen, fascistische en racistische groepen, die zich al sinds 2008 organiseerden, samengebracht, zoals de Unión Juvenil Cruceñista (Jongerenbond van Santa Cruz). Terreur zaaien en politiek destabiliseren is het eerste kenmerk van de staatsgreep. Vervolgens sluiten ze een bondgenootschap met de muitende politie.

Dan halen ze het leger erbij, dat zich zogenaamd aansluit om het volk te verdedigen. Maar welke mensen? Het volk onder leiding van Luis Fernando Camacho. Dat zijn allemaal kenmerken van een staatsgreep. Tot slot, zoals we vandaag hebben gezien, is het, in plaats van dat Carlos Mesa het presidentiële paleis betreedt nadat Evo is afgetreden, Luis Fernando Camacho, de vertegenwoordiger van de zakelijke elite, van de kerk, van het ergste fundamentalisme in het land. Hij legt de bijbel op de vlag en roept op tot een civiel-militaire junta, gevormd door het leger en de elites.

Deze staatsgreep heeft aan de ene kant enkele traditionele kenmerken, zoals de aanwezigheid van leger en politie, maar heeft ook een aantal duidelijke elementen die de confrontatie tussen buren bevorderen door gebruik te maken van diepgaand racisme. Sommige bewoners kwamen de straat op en riepen ‘weg met de regering van indianen en dieven’.

Ieder van ons met inheemse trekken wordt beschouwd als deel uitmakend van de MAS. Vooral de inheemse vrouwen onder ons. De staatsgreep is ook een klap voor vrouwen en sociale bewegingen. Door de terreur en de vernedering. Het is het een dubbele staatsgreep, hij richt zich niet alleen tegen de staat, de regering, maar ook tegen sociale bewegingen.

Wat is uw visie als feministe op de regering van Evo?

Als feministas comunitarias antipatriarcales hebben we deel uitgemaakt van dit veranderingsproces; we hebben het opgebouwd. Ons feminisme is geboren uit dit veranderingsproces. De belangrijkste debatten vonden plaats tijdens de constitutionele vergadering. Het plurinationale karakter (van de staat), de erkenning van onze volkeren, de uitoefening van onze autonomie, van onze zelfbeschikking. Tegenwoordig is er autonomie voor de oorspronkelijke volkeren, de inheemsen, voor plattelandsvrouwen. Ja, er zijn veel beperkingen, maar er wordt aan gewerkt, we zijn bezig met de wederopbouw van ons grondgebied, en dat is wat wij als volkeren wilden.

In de grondwet wordt nu bijvoorbeeld gesproken over de staat die bestaat uit basisgemeenschappen en over gemeenschapseconomie. In artikel 338 wordt gesproken over het onbetaalde werk van vrouwen, over de manier waarop huishoudelijk werk rijkdom oplevert en door de staat moet worden gewaardeerd. Deze debatten zijn vertaald in wetten, die zijn opgenomen in programma’s, mogelijkheden en concrete acties.

Toch is er ook kritiek op de regering van Evo Morales met betrekking tot extractivisme, (economie gebaseerd op de winning van grondstoffen) toch?

Vooral op economisch gebied hebben we kritiek. Het kader van het kapitalistische systeem is niet gewijzigd; de belangen van bedrijven, veeboeren, en houtkappers zijn intact gebleven. Dat is waar. Er zijn contracten met een duur van 100 jaar. Er is bijvoorbeeld geen politieke daadkracht geweest in het nationaliseren van de mijnbouw, wat een van de dingen is waar we om gevraagd hebben. Toch zijn er veel successen geboekt op het gebied van de inheemse volkeren: het al doende opbouwen van ons eigen onderwijs, onze eigen politieke organisatie – veranderingen die we hebben doorgevoerd, zelfs buiten en soms ondanks de staat.

Kunt u als feministe een president verdedigen die als machistisch wordt gekenmerkt?

Als feministen hebben we veel kritiek op Evo Morales, vanwege zijn economisch beleid, vanwege het extractivisme. We hebben zijn machismo aan de kaak gesteld. Maar we begrijpen ook dat het hebben van een president in wie we onszelf herkennen, ook al is hij een machistische president, niet hetzelfde is als het hebben van een blanke, oligarchische president uit de zakenwereld…

We begrijpen het verschil. We begrijpen het in onze ziel, niet alleen met ons verstand. Voor ons was het belangrijk dat Evo president was. Het liep parallel aan het proces dat wij als sociale bewegingen hebben uitgevoerd in het transformeren van het dagelijks leven, ons spiegelbeeld zien, onszelf herkennen, onszelf een naam geven. De staatsgreep gaat tegen dat alles in. Daarom vernederen ze. Daarom straffen ze. Daarom verbranden ze de inheemse wiphala vlag.

Wat betekent het dat racisme een structureel onderdeel is van de staatsgreep?

In het veranderingsproces hebben we aangedrongen op dekolonisatie door het onderwijs, door middel van een ander overheidsbeleid, zowel in de staat als in organisaties – niet alleen door het herstel van voorouderlijke praktijken, maar ook door het herstel van de kennis van andere manieren van denken, van het op een andere manier omgaan met macht. Toch hebben we, ondanks deze dekolonisatie het racisme niet uitgeroeid. Waarom? Omdat racisme een uitoefening van privileges is. De manier om een einde te maken aan racisme is het beëindigen van de voorrechten die vooral van economische aard zijn. De voorrechten van de oligarchen en landeigenaren zijn niet in de noodzakelijke mate aangepakt.

Bovendien is racisme transversaal, het behoort niet tot één ruimte of politieke partij…

We zien ook voorbeelden van racisme in de praktijken van links en van bepaalde feminismen – van een koloniaal links dat ervan uitgaat dat de inheemse en boerenorganisaties goed zijn om stenen te gooien en blokkades op te werpen, maar niet om te beslissen hoe we willen leven. Dat was de strijd tijdens de constitutionele vergadering en de strijd tussen burgerlijk, blank, middenklassefeminisme en gemeenschapsfeminisme. En met blank, met bourgeois, bedoel ik specifiek de feministen die opereren op basis van hun privileges, hun klasse, hun huizen, hun posities, hun geld, hun achternaam. Zij hebben de regering niet alleen op haar politieke fouten beoordeeld. Zij hebben de regering beoordeeld op haar inheemse karakter.

In deze situatie hebben ze zich eerst uitgesproken tegen fraude, maar zonder het feit dat Carlos Mesa, de andere kandidaat, een massamoordenaar is, er bij te betrekken. Te midden van de mobilisaties hebben ze dit geschil opgevat als een confrontatie tussen mannen, zonder het racisme in overweging te nemen. Bovendien hebben ze onze aanklachten tegen racisme genegeerd en gezegd dat het spreken over racisme een campagnetactiek van de regering was. Alsof dit geen land is dat gekoloniseerd is door de Spanjaarden, systematisch binnengevallen en verkracht. Alsof één partij, de MAS, op dit moment die jaren van kolonisatie en racisme zou kunnen uitwissen.

Wat verliezen vrouwen – wat verliezen mensen – met deze staatsgreep?

Wat verliezen we met deze staatsgreep tegen de plurinationale staat en het opleggen van een katholieke, christelijke republiek? Deze staatsgreep is bedoeld om de regering van een inheemse man te straffen en deze ongetwijfeld te vervangen door een militaire junta bestaande uit militairen en mensen uit de elites. Daar is het kolonialisme. Een inheemse man vervangen door militairen en notabelen. Dit is een staatsgreep tegen een inheemse, autochtone regering, die optrekt met plattelandsorganisaties en sociale bewegingen.

Het is een straf zodat we nooit meer denken dat het mogelijk is om buiten het kapitalisme te leven, dat een goed leven mogelijk is – zodat we nooit meer aan zelfbeschikking denken, denken dat we ons zelf kunnen regeren, onszelf kunnen organiseren. Zodat we het kapitalistische, neoliberale, patriarchale, kolonialistische systeem accepteren. Dat is de boodschap.

Hoe denk je dat het het leven van de inheemse, autochtone gemeenschappen zal veranderen? Vooral dat van vrouwen.

Er zal een absolute terugval zijn in alle verworven rechten. Ze hebben het al over het schrappen van wetten, zoals wet 348 die een leven zonder geweld verzekert, die femicide (vrouwenmoord) erkent, een wet die de fascisten nooit hebben aanvaard. Zij zullen alle verworven rechten, alle symbolische en echte verworvenheden, verwerpen. Ze gaan ook de inheemse universiteiten aanvallen… Door de strijd van sociale bewegingen hebben we inheemse universiteiten, waar jongeren studeren wat hun gemeenschap nodig heeft, en na hun studie gaan ze terug om hun gemeenschap te dienen. Dit zijn geen universiteiten die zakenmensen voortbrengen en mensen die vervreemd zijn van de wereld, zoals de universiteiten in de steden.

Wat we verliezen is de mogelijkheid om dit transformatieproces met behulp van de staat voort te zetten. Maar we verliezen de hoop niet. We verliezen niet onze overtuiging, we verliezen niet onze dromen, we verliezen niet de urgentie om een andere wereld mogelijk te maken. Het is veel moeilijker in een fascistische staat, maar we zullen het blijven doen.

Hoe is de situatie op dit moment, nu Evo Morales Bolivia heeft verlaten?

De daders van de staatsgreep nemen de zenders over. Zij nemen de radiostations van gemeenschappen over. Via de media die ze hebben overgenomen, stellen zij plunderingen en terreur uit naam van de MAS aan de kaak. Ze zeggen dat het broeders en zusters zijn die uit de gemeenschappen komen en dat is niet het geval. Zij stellen deze zaken aan de kaak om ons verzet in diskrediet te brengen. De sociale bewegingen plunderen niet, omdat ze deel uitmaken van het verzet. Zij willen ons verzet in diskrediet brengen. De sociale bewegingen hebben opgeroepen tot een blokkade van La Paz. Het water in La Paz is afgesloten. We gaan La Paz herstellen en onszelf reorganiseren.

Wat hebben de mensen in het verzet nodig van de volkeren van andere gebieden? Wat hebben jullie nodig van feministen wereldwijd?

Onze oproep, zusters, gaat over de grenzen heen: we kennen elkaar, we hebben elkaar gezien. De eerste vraag is of jullie onze woorden geloven, want de informatie die circuleert, zegt dat er geen staatsgreep heeft plaatsgevonden, dat alles in orde is. Maar in feite steunen het leger en de politie de daders van de staatsgreep en terroriseren ze onze organisaties.

Jullie moeten zeggen dat dit een staatsgreep is. We hebben jullie nodig om onze verontwaardiging, onze pijn te delen, en ook om onze angst te delen, in het aangezicht van wat deze gewapende groepen uitvoeren. Onze oproep is ook om ons feminisme ter discussie te stellen. De beperkte analyse, het denken dat alles hetzelfde is, dat de Evo hetzelfde was als de anderen, of dat het alleen een geschil tussen mannen is, staat ons niet toe om de confrontatie met het patriarchaat, met het kapitalisme – de economische, koloniale aspecten van het systeem – te zien. Het laat ons niet toe te zien dat je niet in dialoog kunt gaan met het fascisme.

Het fascisme luistert niet. Het fascisme trekt zich niet terug. Het fascisme elimineert. Door vernederingen proberen ze onze strijd uit te bannen. Wij roepen jullie op om dit aan de kaak te stellen, om een feminisme op te bouwen dat geworteld is in de gemeenschap, dat is geworteld in de basis, dat gebaseerd is op directe actie, dat afkomstig is uit de gemeenschappen, dat niet neutraal is ten opzichte van goed en kwaad, dat uiteindelijk niet ten dienste staat van rechts.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Pagina 12. Nederlandse vertaling: redactie Grenzeloos.