Mimmo Lucano is beroemd geworden als de Italiaanse burgemeester die zijn al zo lang verlaten stad nieuw leven inblies door vluchtelingen in leegstaande huizen te laten wonen. Op 30 september werd hij veroordeeld tot dertien jaar gevangenisstraf voor de misdaad van het helpen van mensen in nood.

Riace in Zuid-Italië mag dan een klein stadje zijn, tijdens het burgemeesterschap van Domenico ‘Mimmo’ Lucano werd het over de hele wereld beroemd. In de naoorlogse decennia was het aantal inwoners van deze Calabrische nederzetting gedaald van 2.500 tot slechts 400, niet in het minst omdat de plaatselijke bevolking emigreerde op zoek naar werk. Toch werd Riace onder Lucano’s leiding bekend als een ‘model‘ van integratie. Leegstaande huizen werden uitgeleend aan vluchtelingen, kinderen kregen Italiaanse les en er werden banen en openbare werken gecreëerd om de stad nieuw leven in te blazen.

Mimmo Lucano’s solidariteitsinspanningen waren ook heel politiek, in een tijdperk waarin xenofoob nationalisme de Italiaanse politiek is gaan domineren. Hij was een doelwit voor extreemrechts tijdens zijn ambtstermijn als burgemeester vanaf 2004 en werd uiteindelijk in 2018 gearresteerd, toen de extreemrechtse Matteo Salvini minister van Binnenlandse Zaken was. Donderdag 30 september veroordeelde een rechtbank in Locri hem tot dertien jaar en twee maanden gevangenisstraf voor ‘hulp en medeplichtigheid aan illegale immigratie’ en aanverwante aanklachten.

In dit artikel schrijft filosofe Donatella Di Cesare over de schok die het vonnis in Italië teweeg heeft gebracht en over het gebruik van het rechtssysteem om een straf uit te spreken die niets met rechtvaardigheid te maken heeft:

Er zijn vonnissen die niet alleen onrechtvaardig en dus meer dan bedenkelijk zijn, maar die ook openlijk ingaan tegen de rechtvaardigheid en ons gevoel van wat rechtvaardig is, wat juist is en wat zou moeten zijn. Het vonnis van de rechters in Locri is niet uitgesproken ‘in naam van het Italiaanse volk’, waarvan een groot deel nu juist in shock en diep verontwaardigd is. Het gaat veeleer om een schandelijke veroordeling door een repressieve en xenofobe natiestaat, die al geruime tijd een niet-aangekondigde oorlog voert tegen migranten onder het vaandel van soevereiniteit en gesloten grenzen.

In dit conflict zijn verschillende middelen ingezet: het in beslag nemen van reddingsboten van NGO’s, het zonder onderscheid terugsturen van mensen, het laten martelen van mensen in Libische kampen en hen achterlaten om op zee te sterven. Maar ook het treffen van die burgers die niet accepteren dat ze medeplichtig zijn en die degenen die hier aankomen helpen. In deze context moeten we de dertien jaar lange gevangenisstraf tegen Mimmo Lucano zien – een bij uitstek politieke beslissing. Niet alleen omdat het het dubbele van de gevangenisstraf is die het openbaar ministerie had geëist, niet alleen omdat het dezelfde straf is als die van Luca Traini, de fascist die ‘zwarten’ doodschoot (bij de aanslag in Macerata, die plaatsvond enkele weken vóór de parlementsverkiezingen in 2018) of de straf die is opgelegd aan een lid van de ‘Ndranghetà (Calabrische maffia) met meerdere misdaden op zijn naam. Maar ook omdat het een expliciete boodschap is aan iedereen die zijn voorbeeld in de toekomst durft te volgen. De boodschap is dat wie migranten opvangt, een misdadiger is.

En toch gaat de kwestie nog verder dan de opvang van migranten. Om dit te begrijpen, moeten we even teruggaan naar die zomerdag twee decennia geleden, toen een zeilboot op weg van de Turkse kust op zee werd gezien. De lading: Koerdische vluchtelingen die aan vervolging waren ontsnapt. Dat was in juli 1998. Plotseling ontwaakte het vergeten stadje Riace – vastgelopen in de naoorlogse decennia, bijna leeggelopen door de emigratie, slapend en berustend in de dictaten van ’s werelds machtigste maffia – en begon een nieuw leven. De school ging weer open, de straten van het dorp werden opnieuw bevolkt, verlaten huizen werden gerestaureerd en de verkoop in de winkels werd hervat.

Lucano, die zelf enkele jaren emigrant was geweest, richtte bij zijn terugkomst de vereniging Città Futura op. Deze vereniging was geïnspireerd door de utopie van Tommaso Campanella, de filosoof die in Stilo (op enkele kilometers van Riace) was geboren en in 1634 in Parijs overleed, na jaren van processen en gevangenschap. Lucano liet zich leiden door het idee van het opheffen van privé-eigendom. Riace werd een gemeenschappelijk goed voor vreemdelingen en ingezetenen. Talrijke initiatieven werden genomen onder de vlag van dit beleid. Oude huizen in het dorp werden in bruikleen gegeven aan asielzoekers, terwijl commerciële activiteiten in eigen beheer werden uitgevoerd. Iedereen plukte daar de vruchten van. In 2001 was Riace de eerste gemeente die, samen met Triëst, het systeem van ‘accoglienza diffusa’ invoerde: migranten werden in de huizen van burgers in het hele gebied opgevangen. Het systeem stak al snel de grenzen over en het ‘Riace-model’ trok overal de aandacht. In 2010 vierde regisseur Wim Wenders het in zijn korte film Il Volo. Lucano heeft overal talloze onderscheidingen gekregen. In 2016 plaatste het tijdschrift Fortune hem bij de vijftig belangrijkste en meest symbolische politieke leiders ter wereld. Riace werd een referentiepunt voor activisten, intellectuelen en kunstenaars.

In 2017, toen er een dreigende nationalistische wind opstak, eerst van de minister van Binnenlandse Zaken van de Democratische Partij Marco Minniti en vervolgens van Lega-leider Matteo Salvini, begon zich een slinks plan af te tekenen dat alles wat in Riace was opgebouwd, wilde ontmantelen. De financiering van de gemeente werd stopgezet en Lucano, die drie termijnen burgemeester was geweest, werd gearresteerd en er werden talrijke aanklachten tegen hem ingediend. Twee aanklachten zijn bijzonder ernstig en veelzeggend: ten eerste heeft hij twee coöperaties die immigranten in dienst hadden, geholpen bij het ophalen van afval en ten tweede heeft hij een Nigeriaanse vrouw, wier kind ernstig ziek was, geholpen om via een huwelijk een verblijfsvergunning te krijgen. Wie Mimmo Lucano kent, weet van zijn eerlijkheid, zijn enorme opofferingen, zijn leven van zwoegen en ontberingen, ook al is er sprake van fraude. Geconfronteerd met de beschuldiging van ‘hulp en medeplichtigheid aan illegale immigratie’, zei Lucano: ‘Als het een misdaad is om mensen in moeilijkheden te helpen, dan pleit ik schuldig.’

Helaas kunnen de gevolgen van het vonnis van Locri verwoestend zijn, zowel voor Riace, waar nog maar weinig over is van het model dat de stad wereldberoemd maakte, als voor Mimmo Lucano, die met begrijpelijke verbittering zei dat hij ‘dood was van binnen’. Deze vijandelijke rechters tarten ons allen en ons rechtvaardigheidsgevoel. Dit vonnis is een wonde, toegebracht aan de gerechtigheid zelf, die veel verder gaat dan het legalisme van een miserabel rechtssysteem. Mimmo Lucano is geen vogelvrijverklaarde, maar een voorbeeldig burger die altijd in naam van de gerechtigheid heeft gehandeld. Nu is het aan ons om op dit schandelijke vonnis te reageren met een mobilisatie van solidariteit met Riace en met Mimmo.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Jacobin. Nederlandse vertaling: redactie Grenzeloos.