Er is een opvallende parallel tussen de invasie van Vladimir Poetin in Oekraïne – net als in Georgië in 2008 en op de Krim in 2014 – en het optreden van Saddam Hoessein tegen Iran na de revolutie in 1979 en tegen Koeweit in 1990. De twee mannen namen hun toevlucht tot geweld, vergezeld van opmerkelijk gelijkaardige beweringen, om expansionistische ambities te verwezenlijken.

Saddam Hoessein viel in het najaar van 1980 het Iraanse grondgebied binnen onder het voorwendsel dat hij de Arabisch sprekende inwoners van de provincie Khuzestan wilde redden, nadat hij hen had aangemoedigd in opstand te komen tegen het bewind in Teheran en een onafhankelijke republiek, ‘Arabistan’, uit te roepen. Die invasie was het begin van een acht jaar durende oorlog, waarvan het eerste effect was dat het nieuwe Iraanse regime een einde kon maken aan de chaos die volgde op de revolutie tegen het bewind van de Sjah en zijn gelederen kon sluiten.

Met naar schatting een miljoen slachtoffers aan beide zijden en een wijdverbreide verwoesting, waren de twee landen aan het eind van de oorlog weer terug bij af.

Tien jaar later herhaalde Saddam Hoessein zijn roekeloze gedrag door Koeweit binnen te vallen met het argument dat het een door de Britten uitgesneden Iraakse provincie was, waarmee hij een oude claim hernieuwde die had geleid tot militaire spanningen tussen de regering van Abd al-Karim Qasim en de autoriteiten van het Britse protectoraat in Koeweit, toen ze besloten Koeweit in 1961 ‘onafhankelijkheid’ te verlenen.

Saddams tweede invasie bood de Verenigde Staten de gelegenheid om hun strijdkrachten op ongekende schaal in de Golfregio in te zetten. De Verenigde Staten bombardeerden Irak ook ’terug naar het stenen tijdperk’ – zoals toenmalig staatssecretaris James Baker III kort voor de oorlog zou hebben gedreigd tegen de Iraakse minister van Buitenlandse Zaken Tariq Aziz; en bovenal bevestigden ze op spectaculaire wijze hun suprematie als de enig overgebleven supermacht in een wereld die na tientallen jaren van bipolariteit een unipolair moment was binnengetreden.

Of de Arabieren van Khuzestan al dan niet recht hebben op zelfbeschikking en onafhankelijkheid, en of de aanspraken van Irak op Koeweit al dan niet legitiem zijn, is hier niet aan de orde. Het roekeloze avonturisme van Saddam Hoessein uitte zich in beide gevallen in een verkeerde inschatting van de machtsverhoudingen.

Zo kwam Irak verwoest en uiterst verzwakt uit de twee oorlogen tevoorschijn, terwijl de Iraakse dictator er alleen maar in slaagde zijn Iraanse en Amerikaanse tegenstanders te versterken. Hij had gedacht dat de chaos die in 1980 in Iran heerste alleen maar zou verergeren door de Iraakse invasie, net zoals hij in 1990 dacht dat de Verenigde Staten, die militair verlamd waren sinds hun vertrek uit Vietnam, de confrontatie met hem niet aan zouden durven.

Saddam Hoessein en Vladimir Poetin

De baas in het Kremlin steekt zijn heimwee naar het rijk van de Russische tsaren niet onder stoelen of banken en verwijt de bolsjewieken herhaaldelijk dat ze het beginsel van zelfbeschikking hebben toegepast bij het tekenen van de kaart van de Sovjetrepublieken.

Hij is er vooral, en vanuit Russisch perspectief begrijpelijk, op gebrand de verdere uitbreiding van de NAVO met republieken die dertig jaar geleden nog deel uitmaakten van de USSR en dus onder Russische voogdij stonden, tegen te houden. Om te voorkomen dat Georgië tot de NAVO toetrad, rechtvaardigde Poetin (die toen achter Dmitri Medvedev aan het roer stond als premier) in 2008 de invasie op het grondgebied van Georgië met zijn steun aan de afscheiding van de provincies Abchazië en Zuid-Ossetië, die hij aanmoedigde om de onafhankelijkheid op te eisen, zoals Saddam Hoessein had gedaan met ‘Arabistan’.

Om te voorkomen dat Oekraïne zou toetreden tot de NAVO, beriep Poetin zich in 2014 op zijn wens om te herstellen wat hij beschouwde als een fout van de heersers van de Sovjet-Unie, toen hij de Krim binnenviel en formeel bij Rusland inlijfde – zoals Saddam Hoessein ervan had gedroomd met Koeweit te doen.

In datzelfde jaar greep Poetin ook militair in in de provincies Donetsk en Luhansk in Oost-Oekraïne, nadat hij de plaatselijke separatisten opnieuw had aangemoedigd de onafhankelijkheid uit te roepen. In het geval van Georgië en Oekraïne schatte Poetin de Verenigde Staten te zwak in om de confrontatie met hem aan te gaan: in 2008 was de VS steeds meer verstrikt geraakt in het Iraakse moeras en in 2014, toen de VS zich na een rampzalige mislukking uit Irak hadden teruggetrokken, was er sprake van een gedeeltelijke vernieuwing van de militaire verlamming die na de oorlog in Vietnam was opgetreden.

De omstandigheden in 2008 en 2014 en daarna leken het oordeel van Poetin te bevestigen. De betrekkingen binnen de NAVO bereikten een dieptepunt toen Donald Trump in 2016 het Amerikaanse presidentschap won, waardoor de traditionele bondgenoten van Washington het vertrouwen in de betrouwbaarheid van de Amerikaanse veiligheidsparaplu verloren. En wie wenste dat Joe Biden de erfenis van Trump zou uitwissen, werd snel teleurgesteld.

Na de schandelijke terugtrekking uit Afghanistan toen de Taliban oprukten, bereikte de geloofwaardigheid van de VS immers het laagste punt sinds de nederlaag in Vietnam. Poetin moet daarom hebben gedacht dat de situatie gunstig was geworden voor een volgende stap.

Poetin heeft de druk op Oekraïne opgevoerd, tegen de achtergrond van hernieuwde botsingen tussen de separatisten en de Oekraïense regeringstroepen en de betrokkenheid van NAVO-lid Turkije bij het leveren van drones aan Kiev. Als we daar de wereldwijde crisis in de bevoorradingsketen aan toevoegen, die heeft geleid tot een sterke stijging van de olie- en gasprijzen, de belangrijkste inkomstenbronnen van de Russische staat, is het plaatje van geschikte kansen compleet.

Betekent dit dat de berekeningen van Vladimir Poetin rationeler zijn dan die van Saddam Hoessein, ongeacht de gelijkenissen tussen hun militaire avonturen? Of geeft hij de tegenstanders van Rusland precies wat ze willen?

Joe Biden zal zeker blij zijn met de kans om zijn imago te herstellen en dat geldt ook voor Boris Johnson: na hun zichzelf vervullende profetieën moeten beide mannen blij zijn dat Poetin hen helpt de aandacht af te leiden van hun mislukkingen.

Het trans-Atlantische bondgenootschap is nu ook nieuw leven ingeblazen (denk aan Emmanuel Macrons opmerking over de ‘hersendode’ NAVO zo’n tweeënhalf jaar geleden?). Het gedrag van Poetin heeft de buurlanden van Rusland, Finland en Zweden, er misschien zelfs toe aangezet toe te treden tot de NAVO, na meer dan zeventig jaar neutraliteit.

Wat echter nog gevaarlijker is voor Rusland, is dat het te maken zal krijgen met een aanzienlijk toegenomen westerse economische druk, die het land zeker veel meer zal verzwakken dan Poetin en zijn entourage schijnen te geloven. In feite is Rusland bezig met een typisch voorbeeld van ‘imperial overstretch‘, om de woorden van Paul Kennedy aan te halen. Met een bbp dat lager ligt dan dat van Canada en zelfs lager dan dat van Zuid-Korea, gelijk aan iets meer dan zeven procent van het bbp van de VS, gaat Rusland militair veel verder dan zijn economische draagkracht toelaat.

De inschattingen van Poetin zijn juist gebleken, maar alleen tot nu toe: want hij heeft nu met zijn recente acties een gevaarlijker risico genomen dan ooit tevoren.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op The New Arab. Nederlandse vertaling: redactie Grenzeloos.